Vanguard Irrigated Ablation Catheter SJ Gebrauchsanweisung Seite 37

3. Bij vermogensniveaus boven de 40 W kan plotseling stoom ontsnappen. Bij het maximaal toelaatbare
vermogen (50 W) bestaat verhoogd risico op nevenschade. Een dergelijk vermogensniveau mag alleen
worden gekozen als het gewenste resultaat niet kan worden bereikt met een lager vermogensniveau.
4. De katheter moet worden opgeschoven onder fluoroscopische controle. Dit minimaliseert het risico op
hartschade, perforatie of tamponade. Compatibele katheterpositionerings- en navigatiesystemen
kunnen worden gebruikt in combinatie met fluoroscopische beeldvorming.
5. Maak de kromming van de katheter altijd recht met behulp van de bedieningselementen voordat u de
katheter inbrengt en terugtrekt.
6. Zorg altijd voor een continue spoeling om coagulatie in en rond de elektroden te voorkomen.
7. Overmatig buigen of knikken kan de katheter beschadigen. Als het distale uiteinde handmatig wordt
omgebogen, kan dit leiden tot schade aan het sturingsmechanisme en letsel voor de patiënt.
8. Het is aangetoond dat ablatiesystemen met spoeling grotere laesies veroorzaken dan RF-
ablatiekatheters zonder spoeling. Speciale aandacht moet worden besteed aan het ablateren in de
buurt van structuren die gevoelig zijn voor elektrische ladingen en in de buurt van dunwandige of
andere arteriële structuren.
9. Om een continue monitoring van oppervlakte-ECG of IEGM tijdens de toepassing van hoogfrequente
energie mogelijk te maken, is het gebruik van geschikte filters van de mapping-systemen noodzakelijk.
Voor dit doel worden monitoringsystemen met ingebouwde apparaten aanbevolen om de RF-stroom te
beperken.
10. Het wordt afgeraden om naaldbewakingselektroden te gebruiken.
11. Dompel de handgreep en de kabelstekker niet in vloeistof. Dit kan de elektrische functie nadelig
beïnvloeden.
12. De aansluitkabels mogen niet in contact komen met patiënten of andere elektrische afleidingen.
13. Als de spoelstroming wordt onderbroken, moet de katheter buiten de patiënt onmiddellijk worden
gecontroleerd en opnieuw worden gespoeld. Voordat de katheter weer in de patiënt wordt geplaatst,
moet de spoelstroming gewaarborgd zijn.
14. Voer geen ablaties uit zonder gebruik te maken van de Cool Point
15. De hoofdelektrode mag niet worden gedraaid of getrokken. De elektrode kan door te grote
krachtinvloed van de katheterschacht loskomen.
16. Voer het product en de verpakking af na gebruik in overeenstemming met uw ziekenhuisvoorschriften
of neem de constitutionele en/of lokale richtlijnen in acht.
17. De katheter mag niet in contact komen met organische oplosmiddelen, zoals bijv. alcohol.
AANWIJZINGEN VOOR DE HANTERING
Opslag
Het product droog en tegen licht beschermd bewaren bij een temperatuur van 5 °C tot 25 °C. Informatie over
de opslagomstandigheden staat op het etiket van de steriele verpakking.
Verwijderen uit de verpakking
Controleer of de verpakking intact is en of de vervaldatum geldig is. Het product mag niet worden
→
gebruikt als de verpakking beschadigd of geopend is en de vervaldatum verstreken is.
Neem de katheter er onder aseptische condities uit de verpakking en leg deze op een steriel werkveld.
→
Het instrument niet werpen.
Controleer de katheter op schade bijv. knikken in de schacht, losse elektroden, beschadigde stekkers of
→
defecten zoals verstopte spoelpoorten, problemen met het afstellen van het distale uiteinde en
©Vanguard AG 1000001966_REV_C_26-08-2021
TM
spoelpomp.
37