360°-Overslag (Afb. P); Kalibreren; Gegevens Registreren (Afb. U); Rotorbescherming - lidl 284749 Gebrauchsanweisung

Snelheid 1 (pieptoon weerklinkt één keer)
Voor de eerste experimenten en weinig vlieger-
varing.
Snelheid 2 (pieptoon weerklinkt twee keer)
Voor piloten met eerste vliegervaringen.
Snelheid 3 (pieptoon weerklinkt drie keer)
Voor zeer ervaren piloten.
BELANGRIJK: Bij het uit- en weer inscha-
kelen van de afstandsbediening bevindt de
quadrocopter (1) zich weer bij snelheid 1.
360°-overslag (afb. P)
1. Bestuur de quadrocopter (1) tot op een hoogte
van ca. 10 m.
2. Houd hem stationair en druk één keer de toets
(2d) in. Er weerklinkt een geluidssignaal.
3. Beweeg de stuurknuppel (2f) in de richting,
waarin er overslag gevlogen dient te worden.
4. De Quadrocopter doet een 360°-overslag.
Na de overslag is de quadrocopter (1) in de
normale vliegmodus en kunt u nog een overs-
lag herhalen.
Herhaal hiervoor de stappen 1-4.
Druk de toets opnieuw in indien u toch geen
overslag wenst te doen en deze al ingedrukt had.
OPGEPAST: Voor een 360°-overslag
hebt u voldoende vlieghoogte (minstens
10 meter) nodig.

Kalibreren

Het kan voorkomen dat de quadrocopter (1)
oncontroleerbaar vliegt en gekalibreerd moet wor-
den. Ga daarvoor als volgt te werk:
1. Zet de ingestelde quadrocopter (1) op een
vlakke ondergrond die waterpas is.
2. Schuif aan de ingeschakelde afstandsbedie-
ning (2) gelijktijdig de gashendel (2e) naar
achteren links en de stuurknuppel (2f) naar
achteren rechts. De controlelampjes (1h) van
de quadrocopter (1) flitsen ca. 3 seconden
lang aan. Zodra de controlelampjes (1h) per-
manent verlicht zijn, is het kalibreren voltooid
en is de quadrocopter klaar om te vliegen.
BELANGRIJK: Herhaal het kalibreer-
proces wanneer de quadrocopter nog altijd
ongecontroleerd in één richting vliegt.
60 NL/BE

Gegevens registreren (afb. U)

U hebt de mogelijkheid om met de camera foto's
of video's op te nemen.
BELANGRIJK: Verwijder vóór het eerste
gebruik de beschermende folie op de lens.
Foto
1. Druk één keer op de toets OK (2p).
2. Er weerklinkt een signaalgeluid en de LED-
lichten (1h) van de quadrocopter (1) stoppen
met branden. De camera (1e) heeft een foto
genomen.
Video
1. Houd de toets OK (2p) ca. 3 seconden lang
ingedrukt.
2. Ee weerklinkt een signaalgeluid en de LED-lich-
ten (1h) van de quadrocopter (1) knipperen.
Nu filmt de camera (1e).
3. Druk de toets OK in om de opname door de
camera (1e) te beëindigen. Er weerklinkt als
bevestiging een signaalgeluid en de LED-lichten
(1h) van de quadrocopter (1) zijn permanent
verlicht.
Het vliegen beëindigen
Nadat de quadrocopter (1) veilig geland is, scha-
kelt u deze zoals voorgeschreven uit.
1. Schakel de schakelaar "Aan/uit" (1d) in de
positie OFF.
2. Schakel de schakelaar "Aan/uit" (2a) van de
afstandsbediening (2) uit.
3. Verwijder de accu (9) (zie „Accu verwij-
deren").

Rotorbescherming

De rotorbescherming (1c) dient ter bescherming
tegen blessures (bv. snijwonden, huid- of oogle-
tsels) en ter bescherming tegen of bij botsingen.
Deze zijn vast gemonteerd. Indien een rotorbe-
scherming loskomt, draait u de bevestigingsschro-
even weer aan en controleert u de werking en de
correcte zitting van de rotorbeschermers (1c).
WAARSCHUWING: Gebruik de qua-
drocopter (1) nooit zonder rotorbescher-
ming (1c)! Verwijder de rotorbeschermers (1c)
niet eigenzinnig om uzelf en/of andere personen
en dieren niet in gevaar te brengen!