9. Uitbouw van de pomp
en demontage
– installatie spanningsvrij schakelen en beveiligen
tegen onbevoegd opnieuw inschakelen
– afsluiters voor en achter de pomp sluiten
– pomp legen
– schroeven (437a) op de flens tussen pomp en
lantaarnstuk (5b) losdraaien en motor met waaier
en lantaarnstuk van het pomphuis aftrekken. Het
pomphuis (201f) blijft in ingebouwde positie.
– huisdichting (411a) zorgvuldig wegleggen
– waaiermoer (49a) loshalen en borgring (319k),
waaier (207a) en spie (487b) afnemen
– huisdeksel (71c), borgring (481a) en radiaallager
(59a) verwijderen
Bij een vervanging van de asaf-
LET OP!
dichting moet ook het radiaallager
vervangen worden.
– het roterende deel van de asafdichting (afb.1, 105b)
na het losdraaien (met binnen zeskant) van de as
aftrekken
– het lantaarnstuk (afb.1, 5b) van de motorflens
losnemen en statisch deel van de asafdichting
(afb.1, 105a) tesamen met de afdichtringen (afb.1,
413a en b) verwijderen
– alle onderdelen, zittingen en afdichtvlakken goed
reinigen en kontroleren op slijtage
De montage vindt in omgekeerde volgorde van de
demontage plaats.
Als de pomp helemaal uit elkaar is geweest, moeten
in principe de lagers, asafdichtingen en dichtringen
door nieuwe onderdelen vervangen worden.
Als de asafdichting vervangen wordt moet de in-
bouwmaat "L2" vlgs. afbeelding 5 aangehouden
worden.
Indien de maat "L2" met de normale meetapperatu-
ur niet gekontroleerd kan worden, dan moet op het
oude deel de maat "L1" van het vrije asuiteinde tot
de asafdichting bepaald worden. Deze maat "L1"
moet dan op het nieuwe deel aangegeven worden,
zodat dan de asafdichting op de nieuwe as gemon-
teerd kan worden.
(afb.1)
P2 < 1 kW
L1 [mm]
107 ± 0,3
L2 [mm]
52 ± 0,6
L3 [mm]
Afbeeldingen:
1. doorsnede van de pomp met positie-nummers
2. inbouwposities
3. aansluitschema elektrische aansluiting
4. ontluchting
5. inbouwmaten voor de asafdichting
Technische wijzigingen voorbehouden.
NETHERLANDS
Motorkapaciteit
P2 ≥ 1 kW
P2 ≥ 4 kW
129 ± 0,3
62 ± 0,6
+ 0,7
37
– 0,6
29