Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Wisniowski COMFORTA Bedienungsanleitung Seite 58

Sectional garage door
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 8
NL
[D000168] 19. VAAK GESTELDE VRAGEN
De staalkabels zijn uit de trommel gekomen.
De poort opent niet soepel/sluit te haastig.
De poortvleugel is niet in evenwicht (de poort zakt of opent vanzelf).
Er treedt een groot weerstand tijdens de werking van de poort, de poortvleugel
opent niet soepel.
De bevestigingsconstructie trilt tijdens het gebruik van de poort.
Het slot opent niet/sluit niet/ foutieve werking van het slot.
De antibreuk beveiliging van de staalkabel is aangegaan.
Onjuiste wikkeling van de staalkabels op de trommel.
De rollen zijn van de geleiders gekommen.
De antibreuk beveiliging van de veer is aangegaan.
De poortvleugel zakt niet gelijkmatig.
De poort is gesloten maar de dichting raakt de vloer niet.
De poort is gesloten, maar de bovenpaneel raakt de bovendorpel niet aan.
Te lage hoogte van de poortvleugel ten opzichte van de geleiders.
Verschijselen van roest op de veren. Te harde werking van de veren.
De poort vertraagt niet tijdens de laatste fase van het sluiten.
Bij enige twijfels of het aanhouden van de storing dient het contact met de geautoriseerde technische dienst te worden opgenomen.
58
Montage- en gebruikershandleiding – Sectionaal garagedeur Comforta
Storing
Oplossing
• Controleer de spanning van de staalkabels;
• Bij automatisch bediende poorten de instelling van de uiteinden controleren;
• Controleer de afstand tussen de geleiders op de gehele lengte ervan.
• Controleer of de poort niet op de geleiders werd geblokeerd;
• Controleer het hoek van de horizontale geleiders (of de hellingsgraad juist is);
• Controleer de plats van de stootknoppen;
• Controleer of de lengte van de staalkabels dezelfde is.
• Controleer de spanning van de veren – open de poort tot de helft – de
poort dient zo te blijven. Indien de poort zakt, dient de spanning op de
veren te worden verhoogt. Indien de poort omhoog gaat, dient de spanning
op de veren te worden verminderd. Beide veren moeten met dezelfde kracht
te zijn aangespannen;
• Controleer de spanning van de veren en smeer deze in;
• Controleer de juiste wikkeling en spanning van de staalkabels.
• Controleer of de rollen tijdens het openen en sluiten van de poortmantel
draaien. Indien er weerstand werd vastgesteld of ze helemaal niet draaien,
dienen ze ingesteld of ingesmeerd te worden;
• Controleer of er vervuilingen op de geleiders zitten, die op de foutieve
werking van de poort van invloed kunnen zijn;
• Controleer de toestand van de veren en smeer deze in.
• Controleer de bevestigingen van alle beweegbare verbindingen en indien
nodig maak deze goed vast (bevestigingsschroeven van de aandrijving,
geleiders en pennen van de scharnieren, ezv.);
• Controleer de juiste ophanging van de horizontale geleiders
• Smeer de cilindervulling van het slot;
• Controleer de werking van de grendel, indien weerstand optreedt – insmeren;
• Controleer de juistheid van de montage van de verbinding tussen het slot en
de grendel;
• Controleer de werking van de schuifgrendel
• Controleer de toestand van de staalkabels. De beschadigde kabels dienen
te worden vervangen;
• Vervang de beveiliging.
• Controleer de juistheid van de wikkeling en spanning van de staalkabels;
• Controleer de lengte van de staalkabels.
• Controleer de juiste instelling van de uiteinden in de automatisch bediende
poorten;
• Controleer de afstand tussen de geleiders;
• Controleer de toestand van de geleidens, bv. met het oog op vervormingen.
• Vervang het element.
• Controleer de juistheid van de wikkeling van de kabels op de trommels.
• Controleer de wikkeling van de kabels op de trommel;
• Controleer de instelling van de uiteinden bij de automatisch bediende
poorten;
• Controleer de vloer op waterpasheid.
• Controleer de juiste bevestiging van de bovenste rolhouder;
• Controleer de instelling van de uiteinden bij de automatisch bediende
poorten;
• Controleer de juiste aansluiting met de bovendorpel.
• Controleer bij een gesloten poort of de onderste dichting niet vernietigt is;
• Controleer de juiste aansluiting met de bovendorpel;
• Controleer de spelingen tussen de panelen.
• Smeer de veren in.
• Controleer de instellingen van de schakelaar nr. 2 op het bestuuringspro-
gramma eL16Q van de aandrijving OPTIMUM, OPTIMUM T.
IIiO/BS/Comforta/03/2015/ID-95291
Technische omschrijving
+

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis