Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

11.6 Systeemfout

De alarminstallatie geeft steeds de eigen status en die van de geprogrammeerde sensoren weer. Zodra
systeemfouten optreden zal de alarminstallatie u hierover eveneens informeren. De volgende
systeemfouten zijn mogelijk:
a) „Systeem telefoonfout" (controleer de kabelverbinding tussen interne alarmkiezer en telefoonaan-
sluiting).
b) Sensorfout (verlies van het radiosignaal van een sensor).
c) Lage batterijspanning – alarminstallatie
d) Lage batterijspanning – Sensoren
Verklaring:
a) Systeem telefoonfout
Klinkt deze gesproken melding, dan is er een probleem met de kabelverbinding tussen de interne
alarmkiezer en de telefoonaansluiting. De LED „PWR" (7) en de LED „PROG" (9) knipperen in dit
geval. Er klinkt een gesproken melding „Systeem telefoonfout".
Treedt deze foutmelding op, probeer dan het volgende:
• Verzeker uzelf ervan, dat het telefoonkabel correct ingestoken is, zowel in de alarminstallatie als ook
in het stopcontact van uw telefoonaansluiting.
• Controleer in geval van twijfel met een gebruikelijke telefoon, die u aan de telefoonaansluiting
aansluit, de juiste werking van uw telefoonaansluiting, zodat bij een alarm de geprogrammeerde
telefoonnummers opgebeld kunnen worden. Werkt de aansluiting niet, neem dan contact op met uw
telefoonbedrijf.
b) Sensorfout
Deze fout treedt op, als de alarminstallatie het radiosignaal van een sensor niet meer vindt.
In dit geval brandt de betreffende „Zone status-LED" (1) en er klinkt een gesproken melding „Zone X
sensor Y fout".
Treedt deze foutmelding op, probeer dan het volgende:
• Controleer, of de sensor zich op de betreffende, u bekende montageplaats bevindt en of de sensor
een van buiten zichtbare beschadiging heeft.
• Is de sensor optisch niet beschadigd, activeer de sensor dan en controleer of de alarminstallatie
hierop reageert.
• Reageert de alarminstallatie niet op de sensor, neem dan de sensor en breng hem dichter bij de
alarmcentrale. Activeer de sensor. Het is mogelijk, dat de sensor zich buiten de radio-reikwijdte van
de alarmcentrale bevindt. Is dit het geval, installeer de sensor dan a.u.b. dichter bij de alarmcentrale.
Zorg er bovendien voor, dat mogelijke stoorbronnen (betonplafonds, thermisch beschermde ramen,
spiegels, etc.) op de montageplaats de radio-reikwijdte niet beïnvloeden.
159

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis