Extra Functies (Menu 'Select'); Het Instellen Van Extra Functies; Beep-Functie (Beep) - Metz MECABLITZ 58 AF-2 Canon Bedienungsanleitung

7 Extra functies (menu 'Select')

De extra functies worden met de toets
het type camera en de ingestelde flitsfunctie staan er verschillende extra functies
ter beschikking. Bij camera's die bepaalde extra functies niet ondersteunen, wor-
den deze in het menu eventueel n iet aangegeven! Zie hiervoor ook Tabel 2!

7.1 Het instellen van extra functies

Bij het voor het eerst aanraken van een toets
Select
wordt de displayverlichting geactiveerd.
• Druk zo vaak op de toets
Beep
'Select' wordt aangegeven.
Mode Para Sel
• Kies met behulp van de toetsen
gewenste item, c.q. de extra functie. Het geselecteer-
de item wordt vóór een donker balkje getoond.
TTL/E-TTL/A/E-TTL-HSS
De volgende extra
functies staan,
REAR
afhankelijk van de
Beep
flitsfunctie en gebruikte
camera ter beschikking:
Remote
Standby
KEYLOCK
ZoomExt
ZoomSize
m / ft
Tabel 2
AF-BEAM
90
(Select) gekozen. Afhankelijk van
Sel
, dat in het display
Sel
en
M/M HSS
–
–
REAR
Beep Beep
Remote Remote
– –
FB
Standby Standby
ML ML ML
KEYLOCK KEYLOCK
ZoomExt ZoomExt
ZoomSize ZoomSize
m / ft m / ft
AF-BEAM AF-BEAM
• Druk op de toets
Set
ze van de extra functie.
• Kies met behulp van de toetsen
gewenste instelling. Deze instelling treedt onmiddellijk
in werking
• Druk zo vaak op de toets
normale weergave terugschakelt. Als u niet op de
toets drukt, schakelt het display na ong.
5 sec. naar de normale weergave terug.

7.2 Beep-functie (Beep)

Met de Beep-functie kan de gebruiker zich verschillende functies van het appa-
(het
raat akoestisch laten melden. Daardoor kan de fotograaf zich geheel op zijn
onderwerp en de opnamen concentreren en hoeft hij niet te letten op optische
statusaanduidingen!
De Beep-functie geeft akoestisch het bereiken van de flitsparaatheid, de correcte
belichting of een fout in de bediening aan.
Akoestische melding na het inschakelen van de flitser:
• Een kort (ong. 2 s.) ononderbroken piepje na het inschakelen geeft de flitspa-
raatheid aan.
Beep-signalen na de opname:
• Een kort (ong. 2 s.) ononderbroken piepje, direct na de opname geeft aan dat
de opname correct werd belicht en de flitser nog steeds paraat is. Als er
onmiddellijk na de opname geen piepje opklinkt, dan is de opname onderbe-
licht.
• Een intermitterend (— — —) piepje direct na de opname is het signaal voor
een correct belichte opname terwijl de flitser echter pas na een volgende conti-
nue (ong. 2 s.) piep weer paraat is.
en bevestig daarmee de keu-
en de
, dat het display naar de
1/1
Set