Gebruikte Afbeeldingen; Inbedrijfstelling; Draadgeleiding Kiezen En Monteren - Abicor Binzel ABIMIG GRIP W Originalbetriebsanleitung

®
ABIMIG GRIP W
Tab. 2
Gegevens over de vloeistofkoeling/slangenpakket
Gegevens over de vloeistofkoeling
Temperatuur max. 40 °C
koelmiddeltoevoer
Doorstroom min. 1,15 l/min
Druk koelmiddel
min. 2,5 bar / max. 3,5 bar
Koelmiddelaansluiting steeknippel, nominale breedte 5
Tab. 3 Productspecifieke lastoortsgegevens (EN 60974-7)
Type Koelwijze
®
ABIMIG GRIP W
555 D
vloeistof
555 vloeistof
605 D vloeistof
605 C
vloeistof
605 vloeistof
1Bij impulsbooglassen ligt de belasting tot 30 % lager.
3.2

Gebruikte afbeeldingen

Alle afbeeldingen bevinden zich aan het begin van deze documentatie.
4

Inbedrijfstelling

WAARSCHUWING
Gevaar voor elektrische schok door aanraken van onder spanning staande onderdelen
Als onder spanning staande montageonderdelen worden aangeraakt, kan dit levensgevaarlijke elektrische schokken veroorzaken.
► Houd de lastoorts uitsluitend vast bij de daarvoor bedoelde greep.
WAARSCHUWING
Gevaar voor elektrische schok door beschadigde of onjuist gemonteerde onderdelen
Beschadigde of onjuist gemonteerde onderdelen kunnen levensgevaarlijke elektrische schokken veroorzaken. Onderdelen zijn: Lastoorts, slangenpakket,
vervangings- en slijtonderdelen.
► Controleer vóór gebruik altijd alle onderdelen en alle verbindingen op juiste montage en beschadiging.
► Reinig verontreinigde onderdelen direct.
► Vervang beschadigde onderdelen direct.
► Laat beschadigde, vervormde of versleten onderdelen uitsluitend door een door ABICOR BINZEL getrainde elektrotechnicus vervangen.
Voor de inbedrijfstelling moeten altijd de volgende handelingen worden
uitgevoerd:
1 Controleer de lastoorts, reinig deze en vervang deze indien nodig.
4.1

Draadgeleiding kiezen en monteren

1 Kies een lasmateriaal dat geschikt is voor de betreffende
laswerkzaamheden.
2 Monteer een draadgeleiding die geschikt is voor het lasmateriaal.
4.1.1 Geleidingsspiraal inkorten en monteren
LET OP
Schade bij het inkorten en monteren van geleidingsspiralen
Om de draadgeleiding met enige voorspanning te kunnen monteren, dient deze overmaats te zijn.
► Gebruik bij vastgemonteerde zwanenhalzen uitsluitend ononderbroken geleidingsspiralen.
Voor gebruik van staaldraden bij een niet-gedeelde draadgeleiding:
1 Leg het slangenpakket gestrekt uit.
2 Bij de zwanenhals: verwijder de slijtonderdelen.
3 Aan centrale stekker: schroef de wartelmoer los.
4 Aan centrale stekker: Schuif de geleidingsspiraal door het slangenpakket
tot aan de borgnippel.
Gegevens over het slangenpakket
Standaardlengte L
Stuurkabel
Vermogen koelunit
1
Belasting Inschakelduur
Standaard vlamboog
CO M21
2
[A] [A] [%]
550 500 100
575 525 100
600 550 100
600 550 100
625 575 100
2 Controleer de vervangings- en slijtonderdelen, reinig deze en vervang
deze indien nodig.
3 Controleer het slangenpakket, reinig dit en vervang dit indien nodig.
 Staal: 4.1.1 Geleidingsspiraal inkorten en monteren op pagina NL-99
 Roestvrij staal, aluminium, koper, nikkel: 4.1.2 Kunststofgeleider monteren
en inkorten op pagina NL-100
5 Aan centrale stekker: schroef de wartelmoer handvast.
6 Bij de zwanenhals: Snijd de overlengte van de geleidingsspiraal met
behulp van een zijkniptang vlak met de contacttiphouder af.
7 Draai de wartelmoer (M) los en trek de geleidingsspiraal (O) weer naar
buiten.
4 Inbedrijfstelling
3,00 m, 4,00 m, 5,00 m
2-polig
min. 800 W
Draad-Ø Gasdebiet
[mm] [l/min]
0,8–1,6 10–20
0,8–1,6 10–20
1,0–1,6 10–20
1,0–1,6 10–20
1,0–1,6 10–20
NL - 99