Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Stilstandverwarming - Wilo Atmos GIGA-I Einbau- Und Betriebsanleitung

Mit kartuschen-gleitringdichtung
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Atmos GIGA-I:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

nl
W2
U2
PTC
U1
V1
L1
L2
Fig. 5: Y-Δ-start
W2
U2
PTC
U1
V1
Fig. 6: Δ-schakeling
8.1

Stilstandverwarming

122
Elektrische aansluiting
Instelling van de motorbeveiligingsschakelaar
ƒ
Instelling van de nominale motorstroom volgens de informatie op het typeplaatje
V2
van de motor.
Y-Δ-start: Als de motorbeveiligingsschakelaar in de toevoerleiding van de Y-Δ-re-
laiscombinatie is geschakeld, vindt instelling plaats als bij een directe start.
W1
Als de motorbeveiligingsschakelaar in een streng van de motortoevoerleiding (U1/
V1/W1 of U2/V2/W2) is geschakeld, moet de motorbeveiligingsschakelaar op de
L3
waarde 0,58 x nominale motorstroom worden ingesteld.
ƒ
Sluit de PTC-voelers op het schakelapparaat PTC-thermistor aan.
VOORZICHTIG
Gevaar voor materiële schade!
Op de klemmen van de PTC-voeler mag slechts een max. spanning van 7,5 V DC
aanwezig zijn. Een hogere spanning vernielt de PTC‑voelers.
ƒ
De netaansluiting is afhankelijk van het motorvermogen P2, de netspanning en het
inschakeltype. De vereiste schakeling van de verbindingsbruggen in de klemmen-
kast vindt u in de volgende tabel en Fig. 5 en Fig. 6.
V2
W1
Inschakeltype
Y-Δ-start (standaard)
Start via softstarter
Tab. 4: Bezetting van de klemmen
ƒ
Neem bij aansluiting van automatisch werkende schakeltoestellen de overeen-
komstige inbouw- en bedieningsvoorschriften in acht.
ƒ
Bij draaistroommotoren met Y-Δ-schakeling ervoor zorgen dat de omschakelpun-
ten tussen ster en driehoek zeer kort op elkaar volgen. Langere omschakeltijden
kunnen de pomp beschadigen.
Aanbevolen tijdinstelling bij Y-Δ-inschakeling:
Motorvermogen
> 30 kW
VOORZICHTIG
Door droogloop, ook kortstondig, raakt de mechanische afdichting de-
fect!
Controle van de draairichting pas bij gevulde installatie uitvoeren!
LET OP
Om de startstroom te begrenzen en het activeren van de overstroombeveiligingen te
vermijden, wordt het gebruik van soft starters aanbevolen.
Een stilstandverwarming wordt aanbevolen voor motoren, die vanwege de klimaatom-
standigheden aan condensvorming worden blootgesteld. Het gaat dan bijvoorbeeld om
stilstaande motoren in een vochtige omgeving of om motoren die worden blootgesteld
aan sterke temperatuurschommelingen. Motoren die af fabriek met een stilstandver-
warming zijn uitgerust, kunnen als speciale uitvoering worden besteld. De stilstandver-
warming dient als bescherming van de motorwikkelingen tegen condenswater binnenin
de motor.
ƒ
De aansluiting van de stilstandverwarming vindt plaats op de klemmen HE/HE in de
klemmenkast (aansluitspanning: 1~230 V/50 Hz).
VOORZICHTIG
Gevaar voor beschadiging door ondeskundige hantering!
De stilstandverwarming mag niet ingeschakeld zijn tijdens het motorbedrijf.
Netspanning 3∼ 400 V
Verbindingsbruggen verwijderen (Fig. 5).
Δ-schakeling (Fig. 6)
In te stellen tijd
< 5 seconden
WILO SE 2022-06

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Atmos giga-b

Inhaltsverzeichnis