Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Bevestiging Van De Verwarming; Dubbele-Buizenaansluiting Op De Verwarming; Montage Onder De Vloer Met Warmte-Uitlaat-Set Voor In De Wand; Warmeluchtverdeling En Recirculatie Bij Inbouw Binnen - Truma Trumatic E 2400 Gebrauchsanweisung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Trumatic E 2400:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 3

Bevestiging van de verwarming

Al naar gelang de inbouwplaats de verwarming met bevesti-
gingsbeugels (a) of bevestigingshoeken (b) stevig vastschroe-
ven. Dubbele rookgasbuis evtl. met buisklem ZR 24 (c) aan de
wand bevestigen (onderdelen bijgeleverd).
Dubbele-buizenaansluiting op de
verwarming
Druk de rookgasbuis (1) aan het begin samen, zodat de
windingen tegen elkaar liggen. Buisklem (4) over de rookaf-
voerbuis (1) schuiven. Rookgasbuis over de O-ring op het aan-
sluitstuk (2) tot aan de kraag (3) schuiven. Met buisklem (4)
zodanig bevestigen, zodat de flensrand van de buisklem om
de kraag grijpt. De verbrandingslucht-toevoerbuis (5) met
buisklem (7) op aansluitstuk (6) bevestigen.
Na elke demontage moet een nieuwe O-ring worden
geplaatst!
Montage onder de vloer met warmte-
uitlaat-set voor in de wand
Zie inbouwvariant afb. 2 (blz. 2).
Bouw de warmte-uitlaat voor in de wand tegen een zo lood-
recht mogelijk oppervlak van een buitenwand (voertuig voer-
tuigspoiler, zie „Binneninbouw met een warmte-uitlaat-set
voor in de wand").
Indien de wandhaard met montagesteunen of dergelijke
onder de bodem ingebouwd wordt, moet de voertuig-
bodem dicht zijn en de gasafvoer moet altijd ten minste tot de
zijwand gebeuren (zie ‚Plaatskeuze').
Bevestiging van de verwarming
De 3 bevestigingsbeugels (1, 2 + 3) aan de verwarming
schroeven. Ver warming met de platen 1 + 2 vast aan bodem
van het voertuig schroeven. Montagebeugel (4 – toebehoren
art.-nr. 39050-74000) en lip (3) met schroeven (5) bevestigen.
Veerring onder alle schroefkoppen en moeren leggen.
58
Warmeluchtverdeling en recirculatie bij
inbouw binnen

Warmeluchtverdeling

Aanzuigopeningen voor verwarmingslucht moeten zo zijn
gerangschickt, dat een aanzuigen van uitlaatgazen van de
voertuigmotor en het verwarmingstoestel niet kan plaatsvin-
den. Bij de inbouw moeten maatregelen worden genomen
om te voorkomen dat de in het interieur van het voertuig
gebrachte verwarmingslucht kan worden verontreinigd (bijv.
door oliedampen). Aan deze voorwaarde wordt bijvoorbeeld
voldaan bij luchtkachels in recirculatiestand (zowel bij inbouw
binnen als bij inbouw buiten – bij frisseluchtgebruik mag de
frisselucht niet uit de motorruimte of uit de buurt van de uit-
laat of de rookgasafvoer-warmte-uitlaat van de kachel worden
aangezogen).
De warme lucht (W) wordt door de verwarming uitgeblazen,
of direct, of via een warmeluchtbuis VR 80 (Ø 80 mm).
Rooster bij het verwarmingsuitlaatpunt van de warme lucht
verwijderen. Buis VR 80 (Ø 80 mm) aansluiten. Na het plaat-
sen van een deel naar de buisaftakking kunnen ook de buizen
VR 72 (Ø 72 mm), ÜR (Ø 65 mm) of ZR 18 (Ø 49 mm) gelegd
worden.
Teneinde oververhitting te vermijden, moet ten minste één
luchtbuis niet afsluitbaar zijn (draaimondstuk SCW 2). Alle
buisaansluitingen met plaatschroeven borgen. Buizen met
buisklem bevestigen.
Het warmeluchtsysteem wordt voor ieder voertuigtype indi-
vidueel volgens het modulaire principe ontworpen. Daarvoor
staat een omvangrijk toebehorenprogramma ter beschikking
(zie prospectus). Tekeningen met optimale inbouwvoorstellen
voor warmeluchtinstallaties in alle gangbare campertypes kun-
nen via het Truma servicecentrum gratis worden aangevraagd.

Recirculatie

De circulatielucht (U) wordt door het apparaat opnieuw aange-
zogen, hetzij direct, hetzij via een buisstuk VR 80 (Ø 80 mm).
1. Direkte aanzuiging: indien de verwarming in een stuwkast
of i.d. is ingebouwd, hierin 2 boorgaten Ø 75 mm of over-
eenkomstig grote opening voor de recirculatie aanbrengen.
Luchtkanalen voor de verwarming niet dichtstoppen!
2. Via een buisstuk VR 80 (1) Ø 80 mm (max. 1 m lengte) kan
circulatielucht buiten de stuwruimte worden aangezogen en
voor verwarming teruggevoerd. De stuwruimte is dan vol-
ledig te gebruiken.
Beschermrooster vanuit het aansluitstuk (3) uitbouwen.
Buisstuk (1) in het rooster-aansluitstuk steken en met de aan-
wezige schroeven bevestigen. Draaimondstuk SCW 2 aan
buiseinde (4) aanbrengen.
W
U
3
1
4

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis