Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Sensorfout / Lage Batterijspanning; Backup-Batterijen - Conrad 75 19 90 Bedienungsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

11. Sensorfout / Lage batterijspanning

De alarminstallatie controleert op regelmatige tijdstippen de storingsvrije radiocom-
municatie van de sensoren. Als dit het geval is, dan knippert de overeenkomstige
"Zone-status-LED" (3) snel.
Van zodra een sensorfout optreedt:
• Controleer, of de sensor zich daar bevindt, waar hij moet zijn en of er zichtbare
schade op de sensor zichtbaar is.
• Als de sensor geen zichtbare schade vertoont, dan probeert u de sensor te acti-
veren en controleert u, of de alarmcentrale hierop reageert.
• Wanneer dit niet het geval is, dan probeert u de sensor van de montageplaats te
verwijderen en plaatst u de sensor dichter bij het alarmstation. Activeer de sensor
aansluitend. Het is mogelijk, dat de sensor zich buiten het radiobereik bevindt.
• Vervang de sensorbatterij.
Wanneer u meerdere sensoren in een alarmzone heeft aangeleerd, dan controleert
u alle sensoren binnen deze alarmzone.

12. Backup-batterijen

De backup-batterijen laten u toe het apparaat tot 48 uur te gebruiken in geval van
stroomuitval. Het systeem kan ook zonder backup-batterijen worden gebruikt, maar
wij raden u ten stelligste aan, backup-batterijen te gebruiken om het veiligheidsrisico
bij stroomuitval te minimaliseren. Om te controleren, of de backup-batterijen geen te
lagen batterijspanning vertonen, bevat de alarminstallatie een batterijcontrole.
Om de batterijspanning te testen:
Stap 1:
Alle batterijen moeten zijn geplaatst. Bovendien moet de adapter
correct zijn aangesloten.
Stap 2:
Verwijder de adapter van de alarminstallatie.
Stap 3:
Intepreteer de groene status-LED "POWER" (6) volgens de volgende
tabel:
82

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis