6. Productafbeelding
1)
Antenne
2)
Akoestische signaalgever
3)
Zone status-LED's
Deze LED's geven optisch de status van de sensoren weer, die aan elke zone
werden aangeleerd. Bovendien geven deze LED's de programmeerstatus
tijdens het programmeren weer.
4)
Keypad
Dient voor het activeren, deactiveren en voor het programmeren.
5)
Status-LED "ARMED"
Licht op als de alarminstallatie is geactiveerd.
6)
Status-LED "POWER"
Licht op als de voedingsspanning actief is.
(7)
Batterijvak
8)
Aansluiting voor voedingsspanning 12V/ DC.
9)
Toets "MUTE"
Dient om de tijdelijke alarm-pieptoon te deactiveren.
10) Toets "LEARN"
Hiermee kunnen sensoren worden aangeleerd en ook worden gewist.
11) Alarm-modus-keuzeschakelaar
Met deze schuifschakelaar kan het akoestisch alarmsignaal worden opgeslagen.
Neem ook hoofdstuk 9 "Signaliseringsfunctie" in acht.
72