Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Bosch 3 603 F83 000 Originalbetriebsanleitung Seite 47

Weu thermodetektor
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 5
OBJ_DOKU-31220-002.fm Page 47 Friday, April 11, 2014 10:35 AM
In- en uitschakelen
Als u het meetgereedschap wilt inschakelen, heeft u de vol-
gende mogelijkheden:
– Schakel het meetgereedschap in met de aan/uit-toets 13.
Na een korte startsequentie is het meetgereedschap ge-
reed voor gebruik met de instellingen (bedrijfsmodus,
emissiegraad) die waren opgeslagen toen het de laatste
keer werd uitgeschakeld. Er wordt nog geen meting ge-
start. De laser is uitgeschakeld.
– Schakel het meetgereedschap in met de toets Meten 4.
Na een korte startsequentie wordt de laser ingeschakeld.
Het meetgereedschap begint meteen met een meting met
de instellingen (bedrijfsmodus, emissiegraad) die het wa-
ren opgeslagen toen het de laatste keer werd uitgescha-
keld.
 Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbe-
heerd achter en schakel het meetgereedschap na ge-
bruik uit. Andere personen kunnen door de laserstraal
verblind worden.
 Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk
zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote af-
stand.
De lichtintensiteit van de displayverlichting wordt 30 secon-
den na elke druk op een knop verminderd om energie te be-
sparen. Bij het indrukken van een willekeurige toets wordt de
displayverlichting weer op volledige sterkte ingeschakeld.
Als u het meetgereedschap wilt uitschakelen, drukt u op de
aan/uit-toets 13.
Als er gedurende ca. 4 minuten geen toets op het meetge-
reedschap wordt ingedrukt, wordt het meetgereedschap au-
tomatisch uitgeschakeld om de batterijen te ontzien.
Meetvoorbereiding
Emissiegraad voor oppervlaktetemperatuurmetingen in-
stellen
Voor de bepaling van de oppervlaktetemperatuur wordt aan-
rakingsloos de natuurlijke infraroodwarmtestraling gemeten
die wordt uitgezonden door het voorwerp waarop de laser
wordt gericht. Voor correcte metingen moet de op het meet-
gereedschap ingestelde emissiegraad (zie „Emissiegraad",
pagina 49) voor elke meting gecontroleerd en indien nodig
aan het meetvoorwerp aangepast worden.
Op het meetgereedschap kan tussen drie emissiegraden wor-
den gekozen. De in de onderstaande tabel aangegeven vaak
gebruikte materialen zijn een voorbeeld van een keuze in het
bereik van de te gebruiken emissiegraad.
Hoge emissiegraad: Beton (droog), baksteen
(rood, ruw), zandsteen (ruw), marmer, dak-
board, stucwerk (ruw), mortel, gips, parket
(mat), laminaat, pvc, tapijt, behang (met pa-
troon), tegels (mat), glas, aluminium
(geeloxeerd), email, hout, rubber, ijs
Voor de gekozen voorbeelden wordt een emissiegraad aangegeven van:
– hoge emissiegraad: 0,95
– gemiddelde emissiegraad: 0,85
– lage emissiegraad: 0,75
Bosch Power Tools
Gemiddelde emissiegraad: Graniet, klinkers,
vezelplaat, behang (met licht patroon), lak (don-
ker), metaal (mat), keramiek, leer
Lage emissiegraad: Porselein (wit), lak (licht),
kurk, katoen
Voor de gekozen voorbeelden wordt een emissiegraad aangegeven van:
– hoge emissiegraad: 0,95
– gemiddelde emissiegraad: 0,85
– lage emissiegraad: 0,75
Voor het wijzigen van de emissiegraad drukt u de toets Emis-
siegraad 14 zo vaak in totdat u in de indicatie g de voor de vol-
gende meting passende emissiegraad heeft gekozen.
 Correcte oppervlaktetemperatuurindicaties zijn alleen
mogelijk als de ingestelde emissiegraad en de emissie-
graad van het voorwerp overeenkomen. Correcte aan-
duidingen van warmtebruggen en schimmelgevaar zijn
eveneens afhankelijk van de ingestelde emissiegraad.
Meetoppervlak bij oppervlaktetemperatuurmetingen
De door het meetgereedschap opgewekte lasercirkel geeft
het meetoppervlak aan waarvan de infraroodstraling bij de
aanrakingsloze temperatuurmeting wordt bepaald.
Het gemiddelde laserpunt markeert het middelpunt van het
meetoppervlak. Voor een optimaal meetresultaat stelt u het
meetgereedschap zodanig af dat de laserstraal het meetop-
pervlak op dit punt loodrecht raakt.
 Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk
zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote af-
stand.
De grootte van de lasercirkel en daarmee van het meetopper-
vlak neemt toe met de afstand tussen meetgereedschap en
meetvoorwerp. De optimale meetafstand bedraagt 0,5 m tot
1 m.
 Houd het meetgereedschap niet vlakbij hete opper-
vlakken. Het meetgereedschap kan door de hitte bescha-
digd worden.
Het aangegeven meetresultaat is de gemiddelde waarde van
de gemeten temperaturen binnen het meetoppervlak.
Opmerkingen over de meetvoorwaarden
Sterk reflecterende of transparante oppervlakken (zoals glan-
zende tegels, roestvrijstalen panelen of kookpannen) kunnen
de oppervlaktetemperatuurmeting nadelig beïnvloeden. Plak
indien nodig het meetoppervlak af met donker-matte plak-
band die goed warmte geleidt. Laat de plakband kort op het
oppervlak op temperatuur komen.
De meting door transparante materialen is principieel niet
mogelijk.
De meetresultaten worden nauwkeuriger en betrouwbaarder
naarmate de meetomstandigheden beter en stabieler zijn.
De luchtvochtigheids- en temperatuursensor 1 kan door
schadelijke chemische stoffen zoals dampen van lak of verf
beschadigd worden. Die infraroodtemperatuurmeting wordt
door rook, damp of stoffige lucht nadelig beïnvloed.
Nederlands | 47
1 609 92A 0K5 | (11.4.14)

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis