OPMERKING
Beschadiging door overspanning
De kabelgebonden kamerthermostaat is voor laagspanning be-
doeld.
▶ De datakabel in geen geval in contact met hoogspanning
brengen.
Meegeleverde kabel gebruiken.
▶ Eventueel verlengingskabel tussen binnenunit en installa-
tielocatie van de kabelgebonden kamerthermostaat instal-
leren.
▶ Communicatiekabel op binnenunit of aansluitmodule aan-
sluiten.
▶ Communicatiekabel eventueel via verlengingskabel met de
kabelgebonden kamerthermostaat verbinden.
▶ Magneetring aanbrengen.
▶ Indien mogelijk aansluiting op aarde maken.
▶ Knoopcel in de houder [1] plaatsen.
4
Configuratie van de kabelgebonden ka-
merthermostaat
Configuratiemenu oproepen en instellingen invoeren:
▶ Airconditioning uitschakelen.
▶ Toets COPY ingedrukt houden, tot een parameter in het
display verschijnt.
Wanneer meerdere binnenunits worden herkend, verschijnt
eerst het adres (bijv. 00).
▶ Met toets / of . een binnenunit kiezen (00... 16) en met
toets bevestigen.
▶ Een parameter met de toets / of . kiezen en met toets
bevestigen.
▶ Parameter met toets / of . instellen en met toets be-
vestigen of met toets d de instelling afbreken.
Configuratiemenu verlaten:
▶ Druk de toets d in of wacht 15 seconden.
Instellingen in het configuratiemenu uitvoeren:
▶ Configuratiemenu oproepen.
▶ Een parameter met de toets / of . kiezen en met toets
bevestigen.
Climate Room Control – 6721841498 (2023/04)
Configuratie van de kabelgebonden kamerthermostaat
De fabrieksinstellingen zijn in de volgende tabel vet gedrukt
weergegeven.
Parameter
Beschrijving
Tn (n=1,2,
Temperatuur op de binnenunit controleren.
...)
CF
Status van de ventilator controleren.
SP
Statische druk voor kanaalinbouwapparaat
instellen.
•
SP1: laag
•
SP2: gemiddeld 1
•
SP3: gemiddeld 2
•
SP4: hoog
AF
Bedrijfstest gedurende drie tot zes minuten.
tF
Offset-temperatuur voor de mij-volgen-
functie.
•
−5...0...5 °C
tyPE
Regeling tot bepaalde bedrijfsmodi beperken:
•
CH: beschikbare bedrijfsmodi niet
beperken.
•
CC: geen cv- en automatisch bedrijf
•
HH: alleen cv- en ventilatorbedrijf
•
NA: geen automatisch bedrijf
tHI
Maximale waarde van de instelbare
temperatuur
•
25...30 °C
tLo
Minimale waarde van de instelbare
temperatuur
•
17...24 °C
rEC
Besturing via afstandsbediening in-/
uitschakelen.
•
ON: aan
•
OF: uit
Adr
Adres van de kabelgebonden
kamerthermostaat instellen. Bij twee
kabelgebonden kamerthermostaten in het
systeem moet elke een ander adres hebben.
•
--: slechts één kabelgebonden
kamerthermostaat in het systeem
•
A: primaire kabelgebonden
kamerthermostaat met adres 0.
•
B: secundaire kabelgebonden
kamerthermostaat met adres 1.
Init
ON: fabrieksinstellingen weer herstellen.
159