Herunterladen Diese Seite drucken

STIEBEL ELTRON SOL 27 BASIC Bedienung Und Installation Seite 68

Hochleistungs-flachkollektor

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
INSTALLATIE
INSTALLATIE
9.
Installatie
De installatie, de ingebruikname, het onderhoud en de reparatie
mogen alleen worden uitgevoerd door een vakman.
Hou rekening met de omgevalpreventievoorschriften.
Om hydraulische redenen mogen niet meer dan vijf
!
collectoren in serie worden geschakeld. Als meerdere
collectorreeksen worden gemonteerd, moeten ze
parallel worden geschakeld
Als meer dan 30 collectoren worden samengevoegd tot
!
een hydraulische groep, vervalt de modelvergunning.
Grotere installaties moeten individueel worden
aanvaard.
Commerciële installaties waarvan de niet-vergrendelbare inhoud
meer dan 10 liter en niet meer dan 50 liter bedraagt, moeten
worden aangegeven bij de bevoegde instanties.
Gebruik voor het vullen van de zonne-installatie
!
uitsluitend de warmtedragervloeistof die vermeld
is in de tabel "Technische gegevens", teneinde de
bescherming tegen vorst en corrosie te verzekeren.
9.1
Voorbereidingen
De buisdoorvoeren naar het inwendige van het gebouw moeten
door derden worden gerealiseerd.
9.2
Buisinstallatie
Gebruik voor de installatie van de aanvoer- en retourleidingen
koperbuizen, buizen uit roestvrij staal of gegolfde slangen
uit roestvrij staal. Bij een installatie tot vier collectoren is een
buisdiameter Ø 18 x 1,0 aan te bevelen.
Bij pannendaken met grote dakneiging zijn ventilatiepannen als
dakdoorvoer aan te bevelen.
Bij platte en gegolfde daken met geringe dakneiging is het aan te
bevelen de buis door een buitenmuur te installeren.
Vermijd dat u buizen moet afzagen, zodat er geen spanen in de
installatie terechtkomen. Om buizen zonder spanen te snijden,
dient u een pijpsnijder te gebruiken.
9.2.1 Gesoldeerde leidingen
Gesoldeerde leidingen moeten hard worden gesoldeerd. Gebruik
soldeer overeenkomstig EN 1044: CP105 en CP203. Gebruik
deze soldeermiddelen zonder vloeimiddel. Enkel roodkoper-
en messingfittingen moeten met vloeimiddel F-SH-1 volgens
EN 1045 worden gesoldeerd. Andere soorten soldeer zouden de
corrosieweerstand negatief beïnvloeden.
9.2.2 Andere leidingen
Voorzie alle leidingen die worden gerealiseerd met
klemringschroefkoppelingen, persfittingen en gegolfde slangen,
van geschikte dichtingsmiddelen. De dichtingen moeten bestand
zijn tegen glycol en tegen temperaturen tot 180 °C.
68
| SOL 27 BASIC
.
De isolatie mag pas worden aangebracht als de
!
dichtheidscontrole uitgevoerd is.
9.3
Ontluchters
Plaats op de hoge punten van de installatie een afsluitbare
manuele ontluchtingskraan of plaats een ontluchtingsleiding
naar een manuele ontluchtingskraan. In de buurt van de collector
geïnstalleerde automatische snelontluchters moeten met een
afsluitklep van het systeem worden gescheiden.
9.4
Veiligheidsklep
In de buis tussen de collectoren en de veiligheidsklep
!
mogen geen afsluitorganen zitten.
De afvoer van de veiligheidsklep moet uitmonden in een tank die
de volledige inhoud van de installatie kan opnemen. Bij kleine
installaties volstaat hiervoor de leeggemaakte warmtedragerbus.
9.5
Leegmaakinrichting
Plaats een leegmaakinrichting op het diepste punt van de
»
zonne-installatie.
WWW.STIEBEL-ELTRON.COM

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

228927