Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Inbedrijfstelling; Accupack Vervangen; Accupack Laden; Wandbevestiging Oplaadapparaat - Protool IWC 18-2 TEC Originalbetriebsanleitung

Akku-schlagschrauber
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für IWC 18-2 TEC:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
5

Inbedrijfstelling

5.1

Accupack vervangen

Accupack verwijderen
Houd de beide toetsen [2-2] ingedrukt.
Neem het accupack naar voren toe uit.
Accupack plaatsen
Schuif het accupack, zoals in afbeelding [3], op de
opberghouder aan de onderkant van de handgreep,
totdat het inklikt.
5.2

Accupack laden

► Het accupack wordt gedeeltelijk geladen gele-
verd. Laad het accupack vóór het eerste gebruik
volledig op.
Om het accupack te laden schuift u het tot de
aanslag op de opberghouder [2-1] van het oplaad-
apparaat.
► In tegengestelde richting kunt u het geladen
accupack uitnemen.
Het oplaadapparaat herkent automatisch het inge-
brachte accutype (NiCd, NiMH of Li-ion).
Afhankelijk van de laadtoestand, de temperatuur
en de spanning van het accupack stuurt een mi-
croprocessor het laadproces. Wordt er een warm
NiMH-accupack (> 37 °C) ingebracht, dan wordt
alleen met gereduceerde laadstroom geladen en
is de laadtijd langer.
De LED [3-1] van het oplaadapparaat geeft de be-
treffende bedrijfstoestand van het oplaadapparaat
aan.
LED geel – continulicht
Oplaadapparaat is gebruiksklaar.
LED groen – snel knipperen
Accupack wordt met maximale stroom geladen.
LED groen – langzaam knipperen
Accupack wordt met gereduceerde stroom geladen,
Li Ion is voor 80 % geladen.
LED groen – continulicht
Accupack is opgeladen, conditielading in wer-
king.
LED rood – continulicht
Accutemperatuur ligt buiten de toelaatbare grens-
waarden.
LED rood – knipperen
Algemene foutindicatie, bijv. geen volledig contact,
kortsluiting, accupack defect, etc.
5.3
Wandbevestiging
Het oplaadapparaat BC 3 beschikt aan de achter-
zijde over twee langgaten. Het kan met behulp van
twee schroeven (bijv. halfronde of vlakkopschroe-
ven met schachtdiameter 5 mm) aan een wand
worden opgehangen.
Schroef hiervoor de beide schroeven op een afstand
van 96 mm zo ver in de wand dat de schroefkop
nog ca. 4 mm van de wand afstaat.
36
6

Instellingen aan de machine

► Zet voor het instellen van de machine deze
eerst in de ruststand. De instellingen worden
pas opgeslagen zodra de machine opnieuw is
aangezet.
6.1

Draairichting omschakelen

Met de rechts/links-schakelaar [1-3] kunt u de
draairichting bepalen.
Schakelaar van rechts naar links = rechtsloop;
schakelaar van links naar rechts = linksloop.
6.2

Aandrijving omschakelen

► De aandrijving alleen bij uitgeschakelde ma-
chine omschakelen!
Met de versnellingsschakelaar [1-4] kunt u de aan-
drijving omschakelen.
1e versnelling
2e versnelling
(|–•–|)
6.3

Schroeven

Met behulp van de schakelaar [1-6] stel op de
schaal [1-5] het overeenstemmende draaimoment
in.
Stand op 1
Stand op 12
De machine wordt bij het bereiken van het inge-
stelde draaimoment uitgeschakeld en het bereiken
van de uitschakelwaarde wordt met een akoestisch
signaal weergegeven. De machine loopt pas weer
verder wanneer de AAN-/UIT-knop [1-2] is losge-
laten en opnieuw wordt ingedrukt.
In stand 1 – 12 kan een verlaagd toerental worden
ingesteld.
6.4

Boren

De omschakelaar [1-6] geeft met de markering
[1-5] op het schroefsymbool
draaimoment.
6.5
Schroeven aantrekken en
losmaken
► Zet de machine alleen in uitgeschakelde toe-
stand op de moer of bout.
Het draaimoment is afhankelijk van de slagduur.
Het maximale draaimoment wordt bereikt na een
slagduur van 6 tot 10 seconden. Hierna wordt het
aandraaimoment nog maar weinig groter, de kop
wordt echter wel voelbaar warm.
Gevolgen van een overmatige verwarming zijn een
grote slijtage van alle slagwerkdelen en een groot
verbruik aan smeermiddelen.
► De slagduur moet voor elk benodigd aandraai-
moment worden bepaald. Het werkelijk bereikte
aandraaimoment moet altijd met een draaimom
entsleutel worden gecontroleerd.
► Bij het gebruik onderscheiden wij twee karak-
teristieke soorten verbindingen:
= laag toerental
= hoog toerental
– slagmechanisme
ingeschakeld
= klein draaimoment
= hoog draaimoment
aan = maximaal

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis