NL
Door onze vingerscanners, in combinatie met een DIN-besturingseenheid of een besturingseenheid in het pro-
fiel van de deur, kunt u behalve de deur waarbij de scanner zich bevindt ook andere deuren (zijdeur of garage-
deur) openen. Aan afzonderlijke vingerafdrukken kan toegekend worden dat zij ofwel extra deuren, ofwel de
voordeur en extra deuren tegelijk openen.
Als met een bepaalde vingerafdruk ook relais 2 geactiveerd moet kunnen worden, moet bij het invoeren van
deze vingerafdruk (van de beheerder én voor de gebruiker) de "Optionele stap voor uitschakeling van relais 2"
worden uitgevoerd, waarin de procedure voor het invoeren van de beheerder en de gebruiker wordt beschreven.
ALS DE INGEVOERDE VINGERAFDRUK ALLEEN DE HOOFDDEUR MOET OPENEN,
VERVALT DEZE STAP.
KOPPELEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
1
HOUD KNOP
De scanner laat een pieptoon horen.
2
DRUK OP EEN TOETS OP DE AFSTANDSBEDIENING.
De scanner piept nu weer ten teken dat de afstandsbediening gekoppeld is.
VEILIGHEIDSBLOKKERING VAN DE SCANNER
Als er zeven keer achtereen een vinger op de scanner wordt geplaatst die niet door de scanner wordt gedec-
teerd, wordt de scanner gedurende 30 seconden geblokkeerd. Na dertig seconden is de scanner weer gereed
voor gebruik. De scanner zal opnieuw worden geblokkeerd als er weer zeven keer achtereen een vinger op de
scanner wordt geplaatst die niet door de scanner wordt herkend. De scanner wordt dan gedurende 60 seconden
geblokkeerd. De scanner wordt na elke zeven mislukte pogingen geblokkeerd en de blokkeringsduur wordt
telkens met 30 seconden verlengd, tot een maximum van 5 minuten. Wordt de vingerafdruk vervolgens wel
herkend, dan wordt de blokkering opgeheven en begint de verlenging weer van voren af aan.
ZOLANG DE SCANNER GEBLOKKEERD IS, KNIPPERT DE PAARSE LED
EN REAGEERT DE SCANNER NIET MEER OP VINGERAFDRUKKEN.
340
RELAIS 2
R
OP HET BEDIENINGSELEMENT 1 SECONDE INGEDRUKT.
BEDIENING VAN DE SCANNER VIA DE BEDIENINGSEENHEID IN DE DEURVLEUGEL
INVOEREN VAN DE VINGERAFDRUKKEN VAN DE BEHEERDER
OPTIONELE STAP VOOR HET ACTIVEREN VAN RELAIS 2
ALS RELAIS 2 NIET GEACTIVEERD HOEFT TE WORDEN, KAN DEZE STAP WORDEN OVERGESLAGEN
2a
DRUK OP KNOP
MOET ACTIVEREN.
Als de oranje led brandt en u hoort een pieptoon, is deze extra functie aan de ingevoerde
vinger toegewezen.
2b
ALS DE VINGERAFDRUK VAN DE BEHEERDER TEGELIJKERTIJD DE DEUR
MOET OPENEN EN RELAIS 2 MOET ACTIVEREN, DRUKT U OP KNOP 2.
Als de oranje led 2 keer knippert en de scanner twee keer piept, is zowel het openen van de
deur als het gelijktijdig activeren van relais 2 aan deze vinger toegewezen.
3
RAAK DE SENSOR AAN MET UW VINGER. ALS DE
INVOER GELUKT IS, VERSCHIJNT TER BEVESTIGING EEN
GROEN LICHTJE EN EEN KORTE PIEPTOON.
ALS DE INGEVOERDE VINGERAFDRUK TE
BESCHADIGD IS EN TE WEINIG DUIDELIJKE
KENMERKEN BEVAT, GAAT DE RODE LED
BRANDEN EN PIEPT DE SCANNER 5 MAAL,
WAARNA DEZE STAP WORDT ONDERBROKEN.
KIES IN DAT GEVAL EEN GOEDE VINGERAFDRUK
VAN EEN GAVE EN VOLDOENDE VOCHTIGE VINGER
EN PROBEER HET OPNIEUW.
PAARSE
*
ZIE OOK DE SECTIE
1
DRUK OM HET INVOEREN VAN DE VINGERAFDRUK
VAN DE BEHEERDER TE STARTEN OP KNOP
BEDIENINGSEENHEID.
De blauwe led begint nu te knipperen.
1
ALS DE VINGERAFDRUK VAN DE BEHEERDER RELAIS 2
NL
"VINGERAFDRUKKEN
VAN DE BEHEERDER"
1
VAN DE
BLAUWE
ORANJE
1 x
ORANJE
2 x
1 x
B
GROENE
1x
341