7. GEBRUIK VAN ELK COMPONENT
(Hieronder wordt de bediening beschreven van de 4-takt luchtgekoelde scooter, die kan
verschillen van de diverse individuele modellen. Gelieve hiervoor de eindpagina's van
deze handleiding te raadplegen)
§SENSOREN §
De afbeelding van het paneel van de snelheidsmeter kan verschillen naar gelang van het model,
maar deze bevindt zich op dezelfde plaats.
Toerenteller
Richtingaan-
wijzerlampje
Grootlicht
lampje
WAARSCHUWING:
Kunststof componenten zoals instrumentenpanelen, koplampen enz. niet schoonmaken met
oplosmiddelen zoals benzine enz. om schade aan de componenten te voorkomen.
Snelheidsmeter:
Geeft de rijsnelheid aan(km/h).
Odometer:
Geeft de totaal afgelegde afstand aan.
Trip kilometerstand:
De bestuurder kan de kilometers van de trips
meten.
Toerenteller:
Duidt de tpm van de motor aan.
Grootlicht lampje:
Deze indicator gaat aan als het grote licht
van de koplamp aan is.
Richtingaanwijzerlampje (links/rechts):
Dit lampje zal knipperen wanneer de linker-
of rechter richtingaanwijzer wordt gehanteerd,
Storinglampje
Als er iets fout ging met ECU, zal het waarschuwingslicht voortdurend oplichten.
Brandstofmeter
respectievelijk links of rechts.
Vrijloopindicator:
Deze indicator geeft aan dat de transmissie
in vrijloop is.
Versnellingspositie-indicator:
Deze indicator verandert met de positie van
de transmissie.
Brandstofmeter:
Deze meter geeft weer hoeveel benzine er
nog in de tank is.
Olie vervanging indicator:
Deze indicator geeft aan dat de olie elke 3000
kilometer moet worden ververst.
98
Versnellingspositie-
indicator
Snelheidsmeter
Vrijloopindicator
Storinglampje
Olie vervanging indicator
Odometer / Trip kilometer