CARE FITNESS 50618 Bedienungsanleitung Seite 27

Na het indrukken van de hersteltoets, "RECOVERY", zal de computer uw conditie berekenen aan de hand
van de opgeslagen gebruikersgegevens en uw trainingsresultaten.
FUNCTIE OMSCHRIJVINGEN
HANDMATIG Stel de doelweerstand in met behulp van de diagrammen. Stel vervolgens(indien gewenst)
doelwaarden in voor de trainingsparameters TIME/DISTANCE/CALORIES/PULSE en druk
op "START/STOP" om aan uw training te beginnen.
PROGRAMMA'S 12 voorgeprogrammeerde programma's met vast verloop
(P1~P12). Het weerstandsniveau kan worden aangepast op
het moment dat het programmadiagram knippert.
EIGEN PROGRAMMA Stel uw eigen trainingsprogramma samen met de opties U1~U4 door het
weerstandsniveau voor elk afzonderlijk segment in te stellen. Het programma wordt
automatisch opgeslagen voor toekomstig gebruik. U0 kan net zo als U1~U4 worden
ingesteld, maar dit programma kan niet worden opgeslagen
HARTSLAGNIVEAU
75%, 90%, TARGET. Voer uw leeftijd in bij de gebruikersgegevens om ervoor te zorgen dat
uw doelhartslag correct is ingesteld.
Het PULSE-scherm zal gaan
knipperen op het moment dat u uw
doelhartslag op basis van het door u
gekozen programma heeft bereikt.
HERSTEL
Druk na afloop van uw training, op de toets RECOVERY
(HERSTEL). Voor een optimale werking van de RECOVERY functie zijn uw hartslag gegevens benodigd. De
TIME (TIJD) functie zal van 1 minuut aflopen naar nul waarna uw conditie met behulp van een score van F1 tot
F6 zal worden weergegeven.
OPMERKING: tijdens deze functie zijn de overige schermen niet operationeel.
F 1 ~ F6 = HARTSLAG HERSTELNIVEAU
Resultaten worden weergegeven aan de hand van F1-F6 scores.
BEDIENING
1． Na inschakeling, zal U1 automatisch worden weergegeven, maar u kunt elk gewenst gebruikersprogramma
selecteren met behulp van de UP/DOWN-toets en deze bevestigen met ENTER. Voer de
gebruikersgegevens (geslacht, leeftijd, lengte, gewicht) in in het venster rechtsboven. Bevestig deze
waarden met ENTER.
2． Zodra het bedieningsdisplay knippert, kunt u met behulp van de UP/DOWN-toets één van de
voorgeprogrammeerde programma's P1-P12 selecteren en deze met ENTER bevestigen. Alle
standaardwaarden kunnen voor elk programma met behulp van de ENTER-toets worden aangepast.
Bevestig de aanpassingen met ENTER.
3． Na programmakeuze en instelling van de trainingsparameters drukt u op de START/STOP-toets om aan
uw training te beginnen.
HOOFDFUNCTIES
1. ENTER-TOETS
Kies uw eigen doelhartslag uit één van de voorgeprogrammeerde programma's: 55%,
: Keuzetoets voor de functies en om ingestelde waarden te bevestigen.
xxi. 55% -- AFVALPROGRAMMA
xxii. 75% -- GEZOND PROGRAMA
xxiii. 90% -- SPORTPROGRAMMA
xxiv.TARGET— DOOR GEBRUIKER INGESTELDE
DOELHARTSLAG