Dynamische Uitlijning - Ossur RE-FLEX ROTATE Gebrauchsanweisung

van het hulpmiddel bedekken zodat de beweging van de bladen niet
wordt gehinderd (Af beelding 12).
BANKUITLIJNING (Af beelding 1, 2 en 3)
• Bereid de voet voor met een Spectra-sok, voetovertrek en schoen.
• Stel de juiste hielhoogte in (met behulp van de geselecteerde
schoen).
• Zorg dat de hoeken juist zijn (flexie/extensie en abductie/adductie).
• Verdeel de voetovertrek in 3 gelijke delen.
• De belastingslijn dient op de kruising van het posterieure en het
middelste derde deel te vallen, zoals aangegeven in Afbeelding 1, 2 en
3.
• De 1/3 positie is gemarkeerd aan de binnenkant van de voetovertrek.

DYNAMISCHE UITLIJNING

De hiel slaat energie op na het eerste contact en geeft die dan geleidelijk
vrij in de middenstand. De voorwaartse beweging die hierdoor wordt
gegenereerd, zorgt ervoor dat de teen wordt opgeladen voor een
optimale energievrijgave bij het einde van de standfase.
De hiel-teenactie kan worden beïnvloed door:
• Anterieure/posterieure plaatsing van de voet
• Dorsaal-/plantairflexie
• Hielwiggen (zie Tijdelijke plaatsing van wiggen)
HIELWIGGEN
Hielwiggen hebben invloed op de hiel-teenfunctie. Pas de hielweerstand
aan om de reactie van de voet te verbeteren door een hielwig toe te
voegen. De kleine, middelgrote en grote wiggen zijn uitwisselbaar zodat
de stijfheid kan worden aangepast en de gewenste functionele
kenmerken kunnen worden bereikt.
Tijdelijke plaatsing van wiggen (Af beelding 11)
Plaats de wig in de hoek van de hiel- en voetmodule.
Bevestig de wig in positie met tape op de voetmodule.
Hiel te zacht
Problemen
• Voet komt te snel in de platte positie (de gebruiker heeft het gevoel in
een gat te stappen).
• Er is extra energie nodig om over de teen omhoog te komen.
• Teen voelt te stijf aan.
• Knie kan overstrekken.
Maatregelen
• De koker naar voren (of de voet naar achteren) verplaatsen.
• Een grotere hielwig gebruiken.
Hiel te hard
Problemen
• Snelle afwikkeling van de hiel naar de teen.
• Gebruiker heeft slechte controle over de prothese bij het eerste
contact.
• Gebruiker voelt minimale energieteruggave.
• Knie kan instabiel worden.
80