Bediening; A) Hoogteligging Invoeren; B) Aanduiding Van De Temperatuur En Luchtvochtigheid - Conrad KW 9110 Bedienungsanleitung

12. Bediening

a) Hoogteligging invoeren

Om ervoor te zorgen dat de luchtdruk juist wordt weergegeven, moet de hoogte van de
opstelplaats worden ingevoerd.

De hoogteligging van uw woonplaats kunt u bijv. bij uw gemeente of stad opvragen,
maar kunt u ook in een atlas of op internet opzoeken.
De instelling hoeft niet op de meter precies te zijn (uw woonplaats heeft ook niet
overal dezelfde hoogte!). Een benadering van 10-30 m is voldoende.
Stel de hoogteligging in als volgt:
• Houd de toets "HISTORY" (6) aan de achterzijde van het weerstation 5 seconden lang
ingedrukt.
• Rechtsboven in het display van het weerstation knippert de waarde voor de hoogte (bijv.
"510", staat hier voor een hoogte van 510m boven zeeniveau).
• Stel de hoogte in met de toetsen "+" (7) en "-" (8) aan de achterzijde.
• Als er 5 seconden lang geen toets ingedrukt wordt, wordt de waarde opgeslagen en wordt
de instelmodus automatisch verlaten.

b) Aanduiding van de temperatuur en luchtvochtigheid

De binnentemperatuur en binnenluchtvochtigheid worden door een geïntegreerde sensor in
het weerstation gemeten en in het onderste deel (F) van het display van het weerstation
weergegeven (symbool "IN" in de linkerrand).
Een regel daarboven worden de buitentemperatuur en buitenluchtvochtigheid weergegeven.
U kunt max. drie buitensensoren met de toets "CHANNEL" (10) kiezen. Het actieve
kanaalnummer wordt links naast de weergave van de meetwaarde op het display ingevoegd.

Als er geen gegevens van de buitensensor worden ontvangen, verschijnen op het
display alleen streepjes (bijv. "--.-") voor de temperatuur en luchtvochtigheid in
plaats van een waarde.
Rechts naast de weergave van de buitenluchtvochtigheid en buitentemperatuur ziet u steeds
een pijlsymbool voor de tendensweergave:
stijgend dalend
120
gelijkblijvend