Conrad WH1070 Bedienungsanleitung Seite 153

Instelvolgorde voor de onderste alarmwaarde
1. Wekalarm (dezelfde instelling als bij het instellen van de bovenste alarmwaarde)
2. Onderste alarmwaarde voor de binnen-luchtvochtigheid
3. Onderste alarmwaarde voor de binnentemperatuur
4. Onderste alarmwaarde voor de buiten-luchtvochtigheid
5. Onderste alarmwaarde voor de buitentemperatuur
6. Onderste alarmwaarde voor de windchill-temperatuur
7. Onderste alarmwaarde voor het dauwpunt
8. Onderste alarmwaarde voor de luchtdruk
Wektijdalarm:
Als de ingestelde wektijd wordt bereikt, dan weerklinkt een alarm en gaat het kleine
luidsprekersymbool naast het uur knipperen. Het alarm klinkt gedurende 120 secon-
den, daarna wordt het automatisch uitgeschakeld. Het alarm kan ook door indrukken
van de +/ - toets worden onderbroken.
Binnen-/buitengegevensalarm (weersinformatie-alarm):
Van zodra een alarmvoorwaarde wordt bereikt, wordt een alarm hoorbaar en gaat de
overeenkomstige display-indicatie knipperen, met de informatie of de bovenste („HI
AL") of de onderste alarmwaarde („LO AL") het alarm veroorzaakte. Het alarm klinkt
gedurende 120 seconden, daarna wordt het automatisch uitgeschakeld. Het alarm
kan ook door indrukken van de +/
tie knippert net zo lang, tot niet langer aan de alarmvoorwaarde is voldaan. Indien
hetzelfde alarm zich nogmaals voordoet binnen de 10 minuten voor dezelfde para-
meter, dan gaat het alarm niet nogmaals af. De weergave van de betrokken waarde
blijft echter knipperen, tot de weersituatie zich stabiliseerde.
Indien het alarm wordt veroorzaakt door gegevens van buitensensoren, die niet op
het display worden weergegeven, dan wordt de afkorting van de weerwaarde, ver-
antwoordelijk voor het afgaan van het alarm, knipperend zichtbaar.
Voorbeeld:
U koos bij de displayconfiguratie voor de buitentemperatuur en niet voor de dauw-
punt-temperatuur als displaywaarde. De waarde die het alarm start is nochtans de
dauwpunt-temperatuur. Dan ziet u op het display van het basisstation naast de
gebruikelijke alarmsymbolen de aanduiding „DEW POINT" knipperen. Aan de hand
van deze indicatie ziet u dat het alarm werd veroorzaakt door de dauwpunt-tempera-
tuur.
- toets worden onderbroken. De display-indica-
153