Inmaken - Silvercrest SEAD 1800 B1 - IAN 273404 Bedienungsanleitung

BB&3(B%ERRN 6HLWH  'RQQHUVWDJ  1RYHPEHU    
4. Druk op de toets Start/Stop|6.
- Het apparaat warmt op en op het
display verschijnt een voortgangs-
balk;
- Op het display|11 wordt de actuele
temperatuur weergegeven.
Zodra de ingestelde temperatuur is be-
reikt:
- Weerklinken geluidssignalen;
- Wordt een zandloper weergegeven;
- Begint de ingestelde tijd af te lopen.
Zodra de ingestelde tijd is verstreken,
weerklinken geluidssignalen en schakelt
het apparaat uit.
5. Druk op de toets Start/Stop|6 om het
apparaat voor afloop van de ingestel-
de tijd uit te schakelen.
6.2

Inmaken

Met Inmaken (inmaken, inkoken, wecken)
wordt bedoeld dat levensmiddelen onder
een vacuüm worden verwarmd en daardoor
houdbaar worden gemaakt.
Voor het inmaken zijn speciale glazen pot-
ten met schroefsluiting of met deksel en rub-
beren ring nodig.
Alleen verse rijpe levensmiddelen zijn ge-
schikt om in te maken. Te rijpe of verwelkte
groente is niet geschikt.
Ook paddenstoelen, vlees en zelfs taart kan
worden ingemaakt.
Het inmaken moet zo snel mogelijk na de
oogst plaatsvinden, zodat zo veel mogelijk
waardevolle stoffen in de levensmiddelen
behouden blijven.
De levensmiddelen die u wilt inmaken, moe-
ten schoon worden uitgezocht. Vuil, onge-
dierte of slechte plekken moeten worden
verwijderd. Door de kleinste rotte plekken
kan het ingemaakte product al bederven.
Fruit wordt langer houdbaar en smaakt aro-
matischer, wanneer het met suiker wordt in-
gemaakt.
Harde groentesoorten, zoals wortelen, kool
of koolrabi moeten in zout water worden
voorgekookt. Daarbij mogen ze niet worden
zachtgekookt. Giet het kookwater weg, om-
dat het niet geschikt is voor het inmaken.
Om het ingemaakte product langer houd-
baar te maken is reinheid en hygiëne abso-
luut noodzakelijk. Alle apparaten,
serviesgoed en alles wat met de levensmid-
delen in aanraking komt, moet grondig wor-
den gereinigd en 5 minuten in heet water
worden gekookt.
Let ook steeds op schone handen.
1. Was fruit en groente grondig af.
AANWIJZING: groente en fruit moeten
voor het fijnmaken worden gewassen, zo-
dat de in water oplosbare vitamines groten-
deels blijven behouden.
2. Maak het fruit en de groente fijn tot de
gewenste grootte.
3. Vul de inmaakpotten met de levensmid-
delen.
AANWIJZING: let er op dat u de levens-
middelen goed laag voor laag in de in-
maakpot vult. Dat ziet er beter uit en de
potten worden optimaal gebruikt.
4. Voeg naar wens specerijen of suiker
toe.
5. Vul de glazen potten met water bij tot
vlak onder de rand.
6. Sluit de glazen potten.
AANWIJZING: let er zorgvuldig op dat
de glazen potten echt goed zijn gesloten.
7. Plaats het rooster|13 in de ketel|3.
8. Plaats de voorbereide inmaakglazen in
de ketel|3.
AANWIJZING: de inmaakglazen kunnen
in twee lagen boven elkaar in de ketel|3
worden geplaatst.
25
NL