Batavus X4 Betriebsanleitung Seite 49

In beide gevallen (A / B) wordt de weerstand
(Level) automatisch berekend en aangepast. De
balkdiagram op het beeldscherm 1 toont de
respectieve weerstand.
Om de weerstand te verstellen heeft de Cockpit
verschillende seconden nodig. Daardoor verloopt
de aanpassing van uw polswaarde "zachtjes".
Wanneer u reeds in het onderste niveau 1
traint, maar uw pols toch te hoog blijft, schakelt
de Cockpit uit voorzorg na 30 seconden uit.
Bovendien weerklinkt een geluidssignaal.
GEBRUIKERSTRAINING (USER)
In dit programma kunt u voor 6 gebruikers
(User) eigen profielen voor het trainingsverloop
opstellen en opslaan. Een USB-stick moet dan wel
ingestoken zijn.
Druk op de toets "Start" wanneer de Cockpit zich
in de rustmodus bevindt. Het achtergrondlicht
wordt uitgeschakeld.
•
Druk op de toetsen "Plus/Minus" om het
programma "User" te selecteren.
•
Druk op de toets "Mode".
De eerste profielbalk knippert.
•
Gebruik de toetsen "Plus/Minus" om de
weerstand in te stellen (Level 1 - 6).
•
Druk op de toets "Mode"
De tweede balk knippert.
Ga zo verder totdat alle 20 balken ingesteld zijn.
Wanneer u geen andere gegevens wilt invoeren
(bijv. tijd), druk dan op de toets "Start".
Druk opnieuw op de toets "Start" om gegevens in
te voeren. De tijd op het beeldscherm 2 knippert.
Voer nu de gewenste gegevens in en druk daarna
op de toets "Start" om met de training te beginnen.
VERDERE BEMERKINGEN:
. De Cockpit van uw Cross-trainer is beveiligd
1
tegen foutieve bediening. Foute bevestiging
veroorzaakt dus geen problemen. Bij verkeerde of
onmogelijke invoer weerklinkt een geluidssignaal.
. Wanneer u de training begint zonder invoer van
2
waarden, worden alle waarden optellend vanaf nul
weergegeven.
Wordt op het beeldscherm E-2 weergegeven, dan
3.
is de verbinding met de magneetrem niet in orde.
Wacht dan gedurende 10 seconden. Druk daarna
eventueel op de toets "Total-Reset".
Wordt na de training op de toets "Total-Reset"
4.
gedrukt, dan zijn de gegevens van deze training
niet opgeslagen.
Bij voorafgaande instelling van gegevens worden
5.
deze bij de overgang naar een ander programma,
H A N D L E I D I N G
wanneer u niets wijzigt, behouden.
. De Watt-weergave gebeurt in alle programma's.
6
Enkel in de Watt-programma's echter wordt
de weerstand automatisch, overeenkomstig de
voorafgaande invoer, gestuurd.
Zijn bijv. tijd, afstand of calorieën vooraf
7.
ingesteld, dan stopt de Cockpit wanneer een
functie nul bereikt heeft. Wanneer nu op de toets
"Start" gedrukt wordt, start de Cockpit opnieuw
met de voorgaande gegevens.
In het programma "Fitness" is het niet mogelijk
8.)
vooraf trainingswaarden in te stellen, aangezien
dat programma slechts uw persoonlijke gegevens
gebruikt.
. Wanneer de polsbovengrens ingevoerd is
9
(bijv. 130) weerklinkt tijdens de training een
geluidssignaal, wanneer de grens overschreden
wordt. Zo wordt bewerkstelligd dat u niet
onbedoeld met een te hoge pols traint.
Bevindt de Cockpit zich in rustmodus en
10.
gebruikt u de pedalen, dan wordt het laatst
gebruikte programma weergegeven.
De huidige polswaarde wordt weergegeven,
11.
wanneer u de polssensoren, de oorclip of de
borstgordel gebruikt.
Training met tijdinstelling en
12.
programmaprofielen. De vooraf ingestelde
tijd wordt verdeeld over de 20 profielbalken.
Voorbeeld: 20 minuten bij 20 profielbalken stemt
overeen met 1 minuut alvorens er overgegaan
wordt naar de volgende balk.
Programma's, die een USB-stick met
13.
persoonlijke gegevens nodig hebben, kunnen
zonder ingestoken USB-stick niet opgeroepen
worden. Zij verschijnen niet op het beeldscherm,
bijv. H.R.C.
Na een trainingsonderbreking bevindt de
14.
Cockpit zich in rustmodus en kunt u met de
beschikbare waarden voort trainen (uitzondering
fitnesstest). Druk hiervoor op de toets "Start" of
gebruik de pedalen.
Alvorens de Cockpit de polswaarde kan
15.
weergeven, zijn er enkele seconden tijd nodig om
die te berekenen. Daarvoor moet natuurlijk een
polsmeting gebeuren met de polssensoren, de
oorclip of de borstgordel.
De drukknoppen op de vaste handgreep hebben
16.
dezelfde functie als de toetsen "Plus/Minus".
Bij dit toestel wordt het energieverbruik op
17.
basis van gemiddelde waarden berekend. Aangezien
het vermogen om energie te produceren (zog.
rendement) voor iedereen echter verschillend is,
kan het weergegeven energieverbruik noodzakelijk
slechts een benadering zijn van het effectieve
verbruik en kan het niet voor therapeutische
doeleinden gebruikt worden. Het energieverbruik
tijdens de training wordt weergegeven in Kcal
(Kilocalorieën). Voor de omrekening in Joule
gebruikt u best deze formule: 1 kcal = 4,187 kJ.
Uw Cross-trainer beschikt over een
18.
N L
•
B A T AV U S
4 9