4.1
De motorolietank vullen
EN
Waarschuwing. Zet het product uit, verwijder
de bougiedop en laat alle bewegende delen volledig
SV
tot stilstand komen voordat u de motorolietank van
het product vult.
NO
Voorzichtig! Het product wordt geleverd zonder
olie in de motorolietank. Vul de motorolietank voor het
DA
eerste gebruik met 4-takt motorolie om schade aan de
motor van het product te voorkomen.
PL
Voorzichtig! Ververs de motorolie na de eerste
5 bedrijfsuren.
DE
1
Leg het product op een vlakke ondergrond.
2
Draai de oliedop los en veeg de peilstok af.
FI
3
Plaats de oliedop met de peilstok terug, maar
FR
draai hem niet vast.
4
Verwijder de oliedop en controleer het oliepeil op
NL
de peilstok.
5
Gebruik een trechter en vul de motorolietank
met motorolie als het oliepeil dichtbij of onder
de markering "Min" op de peilstok staat.
Let op! Het oliepeil moet tussen de markeringen "Min"
en "Max" op de peilstok staan. Vul de motorolietank niet
boven de "Max"-markering op de peilstok.
6
Draai de olievulplug vast.
7
Ontdoe het product en het aangrenzende gebied
van gemorste olie.
4.2 Het product bijtanken
Waarschuwing. Zet het product uit, verwijder de
bougiedop en laat alle bewegende delen volledig tot
stilstand komen voordat u onderhoud aan het product
uitvoert.
Waarschuwing. Wees voorzichtig met tanken,
want benzine is licht ontvlambaar.
● Het product wordt geleverd zonder brandstof. Tank het
product bij vóór het eerste gebruik.
● Bewaar benzine buiten het bereik van kinderen.
● Tank alleen in een goed geventileerde ruimte.
90
● Houd benzine uit de buurt van vonken en open vuur.
Rook niet in de buurt van benzine of wanneer u tankt.
● Adem de benzinedampen niet in en voorkom dat u
benzine op uw huid krijgt.
● Gebruik alleen schone en verse loodvrije benzine.
● Koop niet meer benzine dan u in 30 dagen kunt
gebruiken.
● Meng de benzine niet met olie.
● Vul de brandstoftank niet te vol. Vul maximaal tot de
onderkant van de vulpijp, zodat de brandstof kan
uitzetten.
1
Maak het gebied rond de tankdop schoon om te
voorkomen dat er vuil in de brandstoftank komt.
2
Open de tankdop en controleer het brandstofpeil.
3
Vul de brandstoftank zo nodig met benzine. Pas op
dat u niet morst.
4
Draai de dop van de brandstoftank vast.
5
Ontdoe het product en het aangrenzende gebied
indien nodig van gemorste benzine.
4.3 De maaihoogte instellen
De maaihoogte kan worden ingesteld tussen 20-70 mm.
1
Trek de hendel voor de maaihoogte-instelling uit
en zet hem in de gewenste stand.
2
Laat de hendel los om hem in de betreffende
stand te vergrendelen.
4.4 Voor elke start van het product
● Trek herhaaldelijk aan de veiligheidsbeugel en
controleer of de draad gemakkelijk beweegt.
● Zorg ervoor dat de messen correct en veilig zijn
geïnstalleerd.
● Controleer of de bougiekabel is aangesloten op
de bougie.
● Controleer of het oliepeil juist is.
● Controleer het brandstofpeil en vul zo nodig bij.
4.5 Het product starten en stoppen
Waarschuwing. Houd uw handen, voeten, haar
en kleding uit de buurt van de bewegende delen van het
product. De messen beginnen te draaien als het product
start.