5. Het product wordt uitgeschakeld wanneer de
aan/uit-schakelaar
apparaat kan niet op een continue werking
worden ingesteld.
Accuniveau-indicator
Het laadniveau van de accu wordt aangegeven
door het oplichten van de overeenkomstige led-
lampjes van de accuniveau-indicator tijdens de
werking.
3 leds branden (rood, oranje en groen):
Accu is opgeladen
2 leds branden (rood en oranje):
Accu is gedeeltelijk opgeladen
1 led brandt (rood):
Accu moet worden opgeladen
Het zaagblad vervangen
1. Schakel het product uit en verwijder de accu
uit het product.
[
14 ]
2. Plaats het product op een vlak oppervlak.
3. Draai de montageschroef
beschermkap voor kettingtandwiel
tegen de klok in om de spanning van de
ketting te halen en de beschermkap voor
kettingtandwiel
[
9 ]
4. Verwijder het zaagblad
zaagketting
. Houd het zaagblad
[
12 ]
omhoog gekanteld tegen een hoek van ong.
45 graden om de zaagketting
van het kettingtandwiel
5. Vervang het zaagblad
het zaagblad en de zaagketting zoals
beschreven in de sectie "De zaagketting en
het zaagblad installeren".
OPMERKING
De spanning van de zaagketting is
u
beschreven in de sectie "Montage".
88 NL/BE
wordt losgelaten. Het
[
4 ]
van de
[
10 ]
[
9 ]
te verwijderen.
en de
[
11 ]
11 ]
[
makkelijker
12 ]
[
te verwijderen.
[
17 ]
en installeer
[
11 ]
Zaagtechnieken
Algemene informatie
OPMERKING
Leef de voorschriften inzake
u
gehoorbescherming en andere lokale
voorschriften na wanneer met het
gereedschap wordt gewerkt. De lokale
regelgeving kan een geschiktheidstest
vereisen. Raadpleeg hiervoor de dienst
bosbeheer.
Verwijder vuil, stenen, losse schors, spijkers,
nietjes en draad van de boom.
Sta altijd boven de boomstam wanneer op
een helling wordt gezaagd.
Om volledige controle tijdens het doorzagen
te behouden, verlaag de spanning aan het
einde van de zaagsnede zonder uw grip op
de handvatten van de houtzagen te lossen.
Zorg dat de zaagketting niet met de grond
in aanraking komt. Na het maken van de
zaagsnede, wacht totdat de houtzaag tot een
volledige stilstand is gekomen voordat u de
zaag verwijdert.
Schakel de motor van de houtzaag altijd uit
voordat u naar een andere boom gaat.
U hebt meer controle over het product
wanneer u zaagt met behulp van de
onderste rand van het zaagblad (ketting in
trekrichting).
De zaagketting mag de grond of een ander
voorwerp niet aanraken wanneer door het
materiaal wordt gezaagd of erna.
Zorg dat de zaagketting tijdens het zagen
niet vast komt te zitten. De boomstam mag
niet barsten of splinteren.
Houd rekening met de voorzorgsmaatregelen
om u tegen terugslag te beschermen (zie de
veiligheidsinformatie).