Herunterladen Diese Seite drucken

Buderus EMS plus HM200.2 Installationsanleitung Seite 50

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

4
Installatie
4.3
Elektrische aansluiting
▶ Gebruik rekening houdend met de geldende voorschriften voor de
aansluiting minimaal elektrische kabel model H05 VV-....
4.3.1
Aansluiting BUS-verbinding en temperatuursensor (laags-
panningszijde: ≤ 24 V)
Markering van de aansluitklemmen
BUS
EMS plus-BUS ingang/uitgang
CAN
CAN Power, CAN Data (verbinding/communicatie met de warmte-
pomp-buiteneenheid)
I1
SG Ready 1
I4
SG Ready 2
MW1
Geen functie
MW2
Geen functie
OEV
Geen functie
LIN
Pomp met LIN-BUS-communicatie
TH1
Temperatuursensor systeemretour
TH2
Retourtemperatuursensor naar warmtepomp
CAN
Voor SW-updates
TH4
Geen functie
TH5
Geen functie
TH6
Geen functie
Tabel 5 Aansluitklemmen op de laagspanningszijde (≤ 24 V)
OPMERKING
CAN-BUS
Installatiestoring bij het verwisselen van de 12 V- en CAN-BUS-aanslui-
tingen! Het communicatiecircuit is niet gedimensioneerd voor een con-
stante spanning van 12 V.
▶ Zorg ervoor, dat de kabels op de overeenkomstig gemarkeerde aan-
sluitingen van de module zijn aangesloten( afb. 4).
▶ Installeer alle laagspanningskabels afzonderlijk van netspanning ge-
leidende kabels (minimale afstand 100 mm) om inductieve beïnvloe-
ding te vermijden.
▶ Installeer de kabel door de al voorgeïnstalleerde tulen en conform de
aansluitschema's.
BUS-verbinding algemeen
Maximale totale lengte van de BUS-verbindingen:
2
• 100 m met 0,50 mm
geleiderdiameter
2
• 300 m met 1,50 mm
geleiderdiameter
Wanneer de maximale kabellengte van de BUS-verbinding tussen alle
BUS-deelnemers wordt overschreden of in het BUS-systeem een ring-
structuur bestaat, is de inbedrijfstelling van de installatie niet mogelijk.
BUS-verbinding HM200.2 – bedieningseenheid – andere module
▶ De warmteproducent is via EMS plus-BUS met de module verbon-
den.
▶ De buiteneenheid van de warmtepomp is via een CAN-BUS met de
module verbonden. De kabel is als toebehoren leverbaar in lengte 15
en 30 m.
▶ Bij een normale omgeving met weinig externe storingsinvloeden is
een afgeschermde kabel niet nodig.
▶ Bij verschillende aderdiameters een verdeeldoos voor de aansluiting
van de BUS-deelnemers gebruiken.
▶ BUS-deelnemer [B] via verdeeldoos [A] in ster invoeren( afb. 22,
aan einde van het document, handleiding van de bedieningseenheid
en andere module respecteren).
50
Temperatuursensoren
Gebruik bij verlenging van de sensorkabel de volgende geleiderdiame-
ters:
• Tot 20 m met 0,75 tot 1,50 mm
• 20 m tot 100 m met 1,50 mm
4.3.2
Aansluiting voedingsspanning en pomp (netspanningszij-
de: 230 V)
De voedingsspanning van de buiteneenheid moet via een externe 230 V-
kabel worden uitgevoerd. Deze mag niet worden agetapt van de
HM200.2.
Markering van de aansluitklemmen
230 V AC
Stroomingang
230 V AC
Stroomuitgang voor aanvullende modules
EW1
Geen functie
LR
Geen functie
PH0
Aansluiting LIN-BUS-pomp
VR2
Geen functie
Tabel 6 Aansluitklemmen op de netspanningszijde (230 V)
De bezetting van de elektrische aansluitingen is afhankelijk van de geïn-
stalleerde installatie. De in afb. 14 tot 21 aan het eind van het document
getoonde beschrijving is een voorstel voor de procedure van de elektri-
sche aansluiting.
▶ Gebruik alleen elektriciteitskabels van dezelfde kwaliteit.
▶ Let op correcte netfase-aansluiting in de installatie.
Netaansluiting van de HM200.2 via een stekker met randaarde is niet
toegestaan.
▶ Sluit op de uitgangen alleen componenten en bouwgroepen aan con-
form deze handleiding. Sluit geen extra besturingen aan die andere
installatiedelen aansturen.
Wij adviseren bij afgeschermde kabels de afscherming niet aan te slui-
ten, omdat daaruit meettechnisch geen verbetering resulteert.
Het maximale opgenomen vermogen van de aangesloten componenten
en bouwgroepen mag niet hoger worden dan het maximaal vermogen zo-
als gespecificeerd in de technische gegevens van de module.
▶ Installeer lokaal een genormeerde scheidingsinrichting (conform
EN 60335-1) voor de onderbreking van de netspanning over alle po-
len wanneer de netspanning niet via de elektronica van de warmte-
producent verloopt.
▶ Voer de kabels door de tulen, sluit ze conform de aansluitschema's
aan en borg ze met de meegeleverde trekontlastingen ( afb. 14 tot
21 aan het eind van het document).
HM200.2 – 6721864357 (2023/05)
2
aderdiameter
2
aderdiameter

Werbung

loading