Werbung
q
w
r
z x c v b n
m ,
q
w
e
e
Aanzetten van knopen
q Steekpatroon:
w Spanning op bovendraad:
e Naaivoetje:
r Transporteur:
z Laat de transporteur zakken.
x Leg de knoop zo neer dat de openingen in de knoop
overeenkomen met de horizontale sleuf in het naaivoetje.
c Laat het voetje zakken om de knoop op zijn plaats te
houden.
v Stel de steekbreedte af, zodat de naald in het linkergat in de
knoop komt.
b Draai aan het handwiel, zodat de naald in het rechtergat in
de knoop komt. Verander de steekbreedte indien
noodzakelijk.
n Stik meerdere malen.
m Snij, nadat u klaar bent met het naaiwerk, de draad af,
maar laat 7 tot 10 cm draad aan de knop hangen.
, Trek met een gewone naainaald, de bovendraad naar de
verkeerde kant van de stof en leg een knoop in de draden.
* Nadat het aannaaien van de knop voltooid is, zet u de
transporteur omhoog zodat u normaal naaiwerk kunt
verrichten.
HOOFDSTUK IV. DECORATIEVE STEKEN
Schulpzoomsteek
q Steekpatroon:
w Spanning op bovendraad:
e Naaivoetje:
Gebruik een lichtgewicht stof (bijvoorbeeld tricot). Vouw de stof
zoals wordt afgebeeld en naai op de vouw. Laat de naald iets
buiten de gevouwen rand neerkomen zodat een schulprand
wordt gecreëerd.
Het kan nodig zijn dat u de spanning op de bovendraad iets
verhoogd.
Als u meerdere rijen schulpsteken naait, zorg dan dat de rijen
tenminste 1,5 cm van elkaar liggen. U kunt ook schulpsteken in
elke gewenste richting op gebreide stoffen of zachte zijden
stoffen naaien.
70
07
3 tot 7
Satijnsteekvoetje F
Verzonken
11
6 tot 8
Satijnsteekvoetje F
Werbung
