Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
12
Gebruiksomstandigheden voor de
airconditioner
Gebruik de airconditioner voor optimale prestaties bij volgende temperatuursomstandigheden:
Koelen
Drogekleptemp.
Verwarmen
Nattekleptemp.
Als de airconditioner niet onder bovenstaande omstandigheden wordt gebruikt, kan de beveiliging in werking
treden.
13
Ter plekke in te stellen functies
Bestaande leidingen gebruiken
Wanneer u een reeds bestaande leiding gebruikt, controleert u dan het volgende:
• of de wanddikte dik genoeg is (of deze binnen de opgegeven dikte valt).
• of er geen krassen en deuken in zijn.
• of er geen water, olie, vuil of stof in de leiding aanwezig is.
• of de flenzen niet loszitten en of lasnaden niet lekken.
• of de koperen leiding en de warmte-isolatie niet versleten zijn.
Waarschuwingen wanneer u een bestaande leiding gebruikt
• Gebruik de flensmoer niet opnieuw, om gaslekkage te voorkomen.
Vervang deze door de geleverde flensmoer en tromp deze.
• Blaas stikstofgas of gebruik iets anders om de binnenzijde van de leiding schoon te houden. Reinig de leiding
wanneer er sprake is van verkleurde olie of veel afzetting.
• Controleer de lasnaden, indien aanwezig, van de leiding op gaslekkages.
Wanneer de leiding een van deze problemen vertoont, gebruik de leiding dan niet. Installeer in plaats daarvan een
nieuwe leiding.
• De leiding is een langere tijd niet aangesloten geweest (ontkoppeld van een binnen- of buiteneenheid).
• De leiding is aangesloten geweest op een buiteneenheid die niet koelmiddel R
• De bestaande leiding moet een wanddikte hebben die gelijk of dikker is dan de volgende diktes.
Referentie buitendiameter
Wanddikte (mm)
(mm)
Ø9,5
0,8
Ø15,9
1,0
Ø19,0
1,0
• Gebruik nooit een leiding met een wanddikte dunner dan deze diktes, omdat die leidingen niet bestand zijn tegen
de uitgeoefende druk.
35-NL
-15 °C tot 46 °C
-15 °C tot 15 °C
gebruikt.
Terugwinnen van koelmiddel
Bij het terugwinnen van het koelmiddel, bijvoorbeeld wanneer er een binnen/ of buitenunit verplaatst moet worden,
kan de vereiste procedure worden uitgevoerd met behulp van de SW01 en SW02 schakelaars op de printplaat van
de buitenunit.
Er is een afdekking aangebracht voor de elektrische onderdelen ter bescherming tegen elektrische schokken bij
het uitvoeren van andere werkzaamheden. Bedien de onderhoudsschakelaars en controleer de LED-displays met
de afdekking voor de elektrische onderdelen op haar plaats. Verwijder deze afdekking niet terwijl de stroom nog is
ingeschakeld.
GEVAAR
De hele printplaat van dit airconditionersysteem kan onder hoogspanning staan.
Draag daarom elektrisch geïsoleerde handschoenen wanneer u de onderhoudsschakelaars bedient terwijl de stroom
voor het systeem nog is ingeschakeld.
LED-displays
D800
D801
D802
D803
(Geel)
(Geel)
(Geel)
(Geel)
Er zijn vier LED-displaypatronen.
: ON (AAN)
: OFF (UIT)
: Snel knipperend (5 keer/seconde)
: Langzaam knipperend (1 keer/seconde)
In de initiële ledweergavestatus licht D805 op zoals hieronder in de tabel wordt weergegeven. Als de
begintoestand niet kan worden vastgesteld (als D805 knippert), moet u de SW01 en SW02
onderhoudsschakelaars tegelijk minstens 5 seconden ingedrukt houden om de LED-displays terug te laten
keren tot de begintoestand.
D800
D801
(Geel)
(Geel)
of
of
OFF
Snel
OFF
Snel
of
of
(UIT)
knipperend
(UIT)
knipperend
– 18 –
D804
D805
(Geel)
(Groen)
LED-display begintoestand
D802
D803
D804
(Geel)
(Geel)
(Geel)
of
of
of
OFF
Snel
OFF
Snel
OFF
of
of
of
(UIT)
knipperend
(UIT)
knipperend
(UIT)
knipperend
Onderhoudsschakelaars
SW01, SW02
D805
(Groen)
Snel
ON (AAN)
EN
ID
ID
36-NL
Werbung
Inhaltsverzeichnis
Fehlerbehebung
