Instellen Van De Luchtstroomrichting; Hoe De Airconditioner Werkt - Toshiba RAV-SM560KRT-E Betriebsanleitung

INSTELLEN VAN DE LUCHTSTROOMRICHTING

• Stel de luchtstroomrichting zorgvuldig in. Als u dat niet doet kan dat
ongemak veroorzaken en de ruimtetemperatuur zal niet gelijkmatig
worden.
• Stel de verticale luchtstroom met de afstandsbediening in.
• Stel de horizontale luchtstroom handmatig in.
De verticale luchtstroom instellen
De airconditioner stelt de verticale luchtstroomrichting automatisch in op
basis van de omgevingscondities.
De luchtstroomrichting handmatig instellen
Doe dit wanneer de airconditioner in bedrijf is.
Druk de toets LOUVER op de afstandsbediening eenmaal in.
De jaloezie begint te bewegen. Wanneer de jaloezie de gewenste positie
heeft bereikt drukt u nogmaals op de toets LOUVER om de jaloezie in de
gewenste stand te stoppen.
De luchtstroomrichting automatisch instellen
Doe dit wanneer de airconditioner in bedrijf is.
Druk op de toets LOUVER op de afstandsbediening.
• Druk nogmaals op deze toets om de functie uit te schakelen.
LET OP
• Gebruik de airconditioner niet gedurende langere tijd tijdens koelen terwijl de luchtstroomrichting omlaag
gericht is.
• Verplaats de verticale jaloezie niet met de hand. Doe dit altijd met behulp van de toets LOUVER.
Als u de jaloezie handmatig verplaatst zal deze tijdens bedrijf niet goed werken.
Als de jaloezie niet goed werkt stopt u de airconditioner en start u deze opnieuw.
De horizontale luchtstroom instellen
Voorbereiding:
• Pak de handgreep op de horizontale luchtstroomjaloezie vast en verplaats de jaloezie tot de gewenste
luchtstroomrichting is bereikt.
• U kunt de luchtstroom links, in het midden en rechts op de grille instellen.

HOE DE AIRCONDITIONER WERKT

Automatische bediening
• De airconditioner selecteert en activeert zelfstandig de modus koelen, verwarmen of ventileren, afhankelijk van
de buitenluchttemperatuur.
• Als de modus AUTO niet comfortabel is kunt u de instellingen ook handmatig maken.
Kamertemperatuur in bedrijf
De ingestelde temperatuur is +1°C of hoger
(wanneer de ruimte warm is)
De ingestelde temperatuur tussen
–1°C lager of +1°C hoger
De ingestelde temperatuur is –1°C of lager
(wanneer de ruimte koud is)
Begint te koelen als de temperatuur 1°C hoger is dan de
Koelen
instelling.
Begint te ventileren (met lage snelheid) terwijl de
Alleen buitenluchttemperatuur gemeten wordt.
ventileren Wanneer de ruimtetemperatuur verandert zal de
airconditioner zelfstandig kiezen tussen koelen of verwarmen.
Begint te verwarmen als de temperatuur 1°C lager is dan de
Verwarmen
instelling.
80
Werkingsmodus