Bediening
Perslucht-zandstraalpistool
gebruiken
Bereid het te bestralen werkstuk voor.
Ontvet het en maak het schoon.
LET OP
beïnvloeden het resultaat aanzienlijk.
Dek of plak alles zorgvuldig af wat niet
bestraald moet worden.
De afstand van het opzetstuk tot het te
bewerken oppervlak is doorslaggevend voor
het resultaat. Die moet zo klein mogelijk
worden gehouden, opdat het straalmiddel
in de opvangzak
Hoe dichter u het apparaat bij uw werkstuk
houdt, hoe kleiner het gebied dat u bewerkt en
omgekeerd.
Voer eventueel eerst een proef uit op een werk-
stuk dat u niet meer nodig hebt. Zo kunt u de
juiste afstand/werkdruk bepalen en voorkomt u
dat uw werkstuk te diep wordt gezandstraald.
Inschakelen:
Zet de draairegelaar
doorlaat te openen.
Breng het perslucht-zandstraalpistool
te bewerken oppervlak.
Druk op de trekker
zandstraalpistool
Uitschakelen:
Laat de trekker
3
zandstraalpistool
Zet de draairegelaar
luchtdoorlaat te sluiten.
Koppel het apparaat na afloop van het werk
los van de persluchtbron.
LET OP
de persluchtbron en pas daarna van het apparaat.
Op die manier voorkomt u dat de toevoerslang
ongecontroleerd ronddraait.
60
NL
292181 Druckluft-Sandstrahlpistole_content_LB8.indb 60
Stof- en vetafzettingen
14
kan worden opgevangen.
4
op „1" om de lucht-
7
op het
1
, om het perslucht-
3
in werking te stellen.
1
los, om het perslucht-
uit te schakelen.
1
op „0" om de
7
Koppel de slang eerst los van
Opvangzak voor
zandstraalmateriaal
leegmaken
Gebruik zandstraalmateriaal
LET OP
uit de opvangzak
pas weer opnieuw als het is
4
gereinigd.
U kunt het in de opvangzak verzamelde
zandstraalmateriaal
4
verwijderen. Of u kunt de slangklem
een schroevendraaier losdraaien en de
opvangzak
van het apparaat nemen.
4
via de ritssluiting
met
5
29.11.17 18:34