Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Scheppach MFH5200-4P Originalanleitung Seite 117

Benzin multifunktionsgerät
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für MFH5200-4P:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Het geïntegreerde mes (A) in de snijlijn bescherm-
kap snijdt automatisch de lijn op optimale lengte. Afb.
18 (A)
5. Bevestiging van de draagriem. Afb. 13-17
• De gecombineerde, van een benzinemotor voor-
ziene grastrimmer, kettingzaag op verlengstuk en
bosmaaier moet worden gebruikt met een draag-
gordel.
• Het evenwicht van de machine dient te worden in-
gesteld met uitgeschakelde motor.
• Doe de draaggordel aan.
• Stel de riemlengte in, zodat de karabijnhaak (k)
zich ongeveer een handbreedte onder de rechter
heup bevindt. Klik het multifunctionele benzine-
apparaat vast met de karabijnhaak. Hang de bos-
maaier aan de haak.
• Hang de machine.
• Wanneer u zich in een normale werkhouding be-
vindt, moet het blad de grond raken tijdens deze
normale werkhouding.
• Haak de bosmaaier voor gebruik aan de karabijn-
haak (k) van de draagriem terwijl de motor draait.
• Veiligheidsriem op de draagriem
LET OP! In geval van nood kan de veiligheidsver-
grendeling (l) uit het harnas worden getrokken. De
machine komt dan onmiddellijk los van de draag-
riem (9) en valt op de grond.
6. Montage van de heggenschaar (Afb. 40-42)
• Verwijder schroef (d), lijn de boorgaten (c) uit,
plaats schroef (d) weer terug en schroef deze vast.
• Plaats de heggenschaar (15) nauwkeurig, zoals
getoond in Figuur 40, op de drijfstang (3).
• Met schroef (a) terminals.
• Stel de hoek in door het ontgrendelen van de gren-
del (Afb. 41)
• De heggenschaar is kantelbaar van 0° tot 90° (Afb.
42).
7. Montage van het zaagblad en de ketting
(Afb. 43-45)
• Verwijder de kettingtandwiel beschermkap (Afb. 45
/ Punt J) door het losdraaien van de bevestigings-
moer (punt I). Leg de ketting (punt F), zoals aan-
gegeven in de groef die rond het zaagblad (punt
E) loopt.
• Let op de uitlijning van de kettingtanden (Afb. 44).
Plaats het zaagblad zoals getoond in Afb. 44 op de
pin op de tandwielkast.
• Leg de ketting rond het tandwiel (punt H). Zorg
ervoor dat de tanden van de ketting goed vastha-
ken in het tandwiel. Het zaagblad moet op de ket-
tingspanpin (punt G) geschoven worden.
• Monteer de kettingtandwiel beschermkap
Belangrijk! Draai de bevestigingsschroef niet volle-
dig aan voordat u de kettingspanning geregeld heeft
(zie paragraaf 7.1).
Het spannen van de ketting (Afb. 45-48)
Belangrijk! Trekt altijd de bougiedop los voordat u
controles of afstellingen uitvoert.
• Draai de bevestigingsschroef (I) van de ketting-
tandwiel beschermkap enkele slagen los (afb. 45).
• Regel de kettingspanning met de kettingspan-
schroef (afb. 47 / Punt K). Draait u de schroef met
de klok mee dan verhoogt u de kettingspanning,
draait u tegen de klok in dan verlaagt u de ket-
tingspanning. De ketting is goed gespannen wan-
neer deze ongeveer 2 mm kan worden uitgetrok-
ken in het midden van het zaagblad (Afb. 46).
• Draai de bevestigingsschroef van de kettingtand-
wiel beschermkap vast (Afb. 48).
• Belangrijk! Alle schakels moet goed in de geleide
groef van het zaagblad liggen.
Opmerkingen over het spannen van de ketting:
De ketting moet goed worden gespannen om een
veilige werking te garanderen. Als de ketting onge-
veer 2 mm in het midden van het zaagblad kan wor-
den uitgetrokken, dan weet u dat de kettingspanning
ideaal is. Tijdens het zagen, neemt de temperatuur
van de ketting toe en verandert de lengte. Het is
daarom belangrijk om tenminste elke 10 minuten
de kettingspanning te controleren en deze opnieuw
aan te passen. Dit geldt in het bijzonder voor nieuwe
zaagkettingen. Zodra u klaar bent met werken, dient
u de ketting losser te draaien, daar deze bij afkoe-
ling zal verkorten. Dit zal helpen om schade aan de
ketting te voorkomen.
8. Benzine bijvullen
m Gevaar voor letsel! Benzine is explosief!
Motor uitschakelen en laten afkoelen!
Veiligheidshandschoenen dragen!
Huid- en oogcontact vermijden!
Neem beslist het hoofdstuk „Veiligheidsinstructies"
in acht.
• Gebruik het apparaat uitsluitend in de buitenlucht
of in goed geventileerde ruimtes.
• Maak de omgeving van het vulgedeelte schoon.
Verontreinigingen in de tank veroorzaken bedrijfs-
storingen.
• Schud de tank met het brandstofmengsel vóór het
vullen.
• Open voorzichtig het tankdeksel (B) zodat eventu-
ele overdruk kan ontsnappen. Afb. 19
• Vul voorzichtig het brandstofmengsel bij tot aan de
onderkant van de vulpijp.
• Sluit het tankdeksel (B) weer. Controleer of het
tankdeksel goed is afgesloten.
• Maak het tankdeksel en de omgeving goed schoon.
• Controleer de tank en de brandstofleidingen op
lekkage.
• Neem minimaal drie meter van de plek waar u
brandstof hebt bijgevuld voordat u de motor start.
NL
117

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis