Bosch VLS 5140 Erstinbetriebnahme Seite 229

7.2 Ondervloer-montage
7.2.1 Afzonderlijke fundering
min. 1000
max. 2250
’
400
A–A
‘
’
Ø120
Fig. 28: Funderingsschema 2 (alle afmetingen in mm. Pijl = oprijrichting)
(1) Vóór alle bouwwerkzaamheden moet gewaarborgd
worden, dat de definitieve versie van het funderings-
schema aanwezig is.
(2) Aan het einde van de put met elk één trede worden
voorzien. Lxbxh ca. 20 x 50 x 10 cm. Centreren!
(3) De vier bodemplaten moeten perfect horizontaal en
vlak zijn. Hoogteverschil max. 5 mm. Nivelleren noodza-
kelijk!
(4) Voorste oprijplaten zijn optioneel. De standaarduit-
voering heeft een vaste afrolbeveiliging.
(5) Er moet voor voldoende ontwatering worden ge-
zorgd.
(6) Aansluitingen in de bedieningseenheid
Netaansluiting 3/NPE; 400 V; 50 Hz
Perslucht 8 – 10 bar (onderhoudseenheid voorzien)
(7) Kanaal Ø 120 mm voor verbindingsleidingen.
Robert Bosch GmbH
2320

Ž

1610
65 580 1030
Ž

2320
1610

Funderingsschema's | VLS 5140 | 229
580
Ž
580
Ž
”
min.
“
210
(8) Betonkwaliteit
Betondikte min. 210 mm
Betonkwaliteit C 20/25
B 4710-1
Oppervlak Horizontaal en vlak
(helling max. 0,5 %)
Wapening BSt 500 M, Q131
boven: asx,y = 3,77 cm
onder: asx,y = 2,57 cm
(9) Hefplatform Inbouwdiepte
VLS 5140 170 mm
VLS 5140 A 220 mm
VLS 5140 L 170 mm
Naheffing bodemvlak: 220 mm (voor en achter de naheffing
zijn compensatie-elementen nodig)
VLS 5140 LA 220 mm
2100
450
”
170/220
ΠVersion 1.0
/m
2
/m
2
|
1 689 978 572 2014-06-06
nl