d) Rijregelaar inschakelen
Indien dit nog niet is gebeurd, schakelt u eerst de zender in (zie hoofdstuk 9. b).
Plaats het voertuig op een geschikte ondergrond, zodat de wielen vrij kunnen draaien.
Schakel de rijregelaar in, zet de schuifschakelaar aan de on-
derkant van het chassis in de stand "ON" (= ingeschakeld).
Na een korte veiligheidspauze van ca. 5 seconden is het voer-
tuig bedrijfsklaar.
Wanneer de motor niet blijft staan, verplaatst u de trimming voor
de motorfunctie (draairegelaar "TH.TRIM").
Controleer nu de aandrijf- en stuurfuncties van het voertuig.
e) Carrosserie opzetten en bevestigen
Plaats nu de carrosserie op de houders en beveilig deze met de in het begin verwijderde borgklemmen.
Uw voertuig is nu klaar voor de eerste proefrit!
75