Inhaltsverzeichnis
Werbung
26
D
5.5 Erfassungsbereich - Einstellung
Um das Erfassungsfeld örtlichen
Gegebenheiten anzupassen, kann der
Sensorkopf geneigt und gedreht werden.
(Bild 13.1)
Eventuell vorhandene Wärmesignalquellen
(z.B. Wärmebewegung durch geöffnete
Fenster) die zu unerwünschten Schaltungen
führen, können durch die einstellbare
Empfindlichkeit und die selbstklebenden
Blendenelemente ausgeschaltet werden.
(Bild 13.2)
Anwendung der selbstklebenden
Blendenelemente
Bei Bedarf die beiliegenden Blenden-
elemente (Bild 13.3) auf die einzelnen
Erfassungsebenen bzw. auf gewünschten
Winkel zurechtschneiden. Dabei Blenden-
elemente nicht vertauschen, da sonst keine
korrekte Anpassung möglich ist.
Vor dem Aufkleben der Blendenelemente
muss das Sensorfenster sauber sein.
Zum Reinigen verwenden Sie bitte
ausschließlich klares Wasser und einen
weichen Lappen.
Dann Blendenelemente vorsichtig von der
Trägerfolie abziehen und glatt auf das
Sensorfenster kleben.
Hinweis:
Werden größere Bereiche der Linse abge-
klebt, muss eventuell die Helligkeitsein-
stellung angepasst werden.
GB
5.5 Detection range - setting
To adapt the detection field to your local
conditions, the sensor head can be tilted
and turned (Fig. 13.1).
Heat sources (e. g. thermal movement by
open windows) causing undesired
switching events can be eliminated by
adjusting the sensitivity and by covering
up the sensor window with self-adhesive
masking segments (Fig. 13.2).
Using the self-adhesive masking
segments
If necessary, cut the attached masking
segments (Fig. 13.3) in order to obtain the
individual detection levels and/or desired
angles. Do not mix up the segments.
Correct adaptation is otherwise not
possible.
The sensor window must be clean before
applying the masking segments.
Please use only clear water and a soft
cloth for cleaning.
Withdraw the masks carefully from
protective foil and stick them flat and
without crinkles onto the sensor window.
Important:
If larger areas of the lens are masked, it
may be necessary to adapt the brigthness
setting.
NL
5.5 Instellen van het detectiegebied
Om het detectiegebied aan de plaatselijke
omstandigheden aan te passen, kan de
sensorkop schuin gesteld en gedraaid
worden. (afbeelding 13.1)
Eventueel aanwezige warmtesignaal-
bronnen (b.v. warmtebeweging door
geopende vensters) de tot ongewenste
inschakelingen leiden, kunnen dankzij de
instelbare gevoeligheid en via de
zelfklevende afdekelementen worden
geëlimineerd. (afbeelding 13.2)
Gebruik van de zelfklevende
afdekelementen
Indien nodig de bijgeleverde afdekkapjes
(afbeelding 13.3) op maat snijden voor de
verschillende detectiezones ofhoeken.
Daarbij de afdekelementen niet
verwisselen, aangezien anders geen
correcte aanpassing mogelijk is.
Voorafgaand aan het vastkleven moet het
sensorvenster zijn schoon gemaakt.
Voor het reinigen uitsluiten schoon water
en zachte doek gebruiken.
Vervolgens de afdekelementen voorzichtig
van de folielaag trekken en glad op het
sensorvenster kleven.
Aanwijzing:
Worden grotere zones van de lens
afgetaped, moet eventueel de
helderheidsinstelling worden aangepast.
27
Werbung
Inhaltsverzeichnis
