Material Savings (Optimalisering) - Carl Valentin DUOPRINT Kurzanleitung

DuoPrint
Toets:
Keyboard
(Indeling toetsenbord)
Toets:
Customized entry
(Ingave variabele)
Toets:
Wachtwoord
Toets:
Standaard etiket

Material Savings (Optimalisering)

Toetsenvolgorde: ,
Ribbon save mode
(Optimalisatie - TRL)
Toets:
Label save mode
(Optimalisatie - etiketten)
Toets:
Auto feed delay
(Vertraging voorschuiven)
Toets:
CMI length
(CMI-lengte)
114
Selectie van het gebied voor de gewenste toetsenbordindeling. Momenteel kunt u kiezen uit:
Duitsland, Engeland, Frankrijk, Griekenland, Spanje, Zweden en de USA.
On (Aan): De opvraag naar de bedienergeleide variabelen verschijnt eenmaal voor printstart
op de display.
Auto (Auto): De opvraag naar de bedienergeleide variabelen verschijnt na elk lay-out.
Off (Uit): Op de display verschijnt geen opvraag van de bedienergeleide variabele. In dit geval
wordt de gedeponeerde Default-waarde afgedrukt.
Met behulp van een wachtwoord kunnen verschillende functies voor de bediener geblokkeerd
worden.
On (Aan): Indien een printopdracht gestart wordt, zonder voorafgaande definitie van een
etiket, wordt het standaardetiket (toesteltype, firmwareversie, buildversie) geprint.
Off (Uit): Indien een printopdracht gestart wordt, zonder voorafgaande definitie van een etiket,
verschijnt een foutmelding op het display.
, , ,
Off (uit): Optimalisatie uit.
Standard (Standaard): Maximale optimalisatieprestaties, d.w.z., met deze transferlintinstelling
treedt geen verlies op behalve een veiligheidsafstand van 1 mm, opdat de printvelden niet
ineen worden geduwd). Er worden geen instellingen toegelaten waarbij deze optimalisatie niet
meer bereikt kan worden.
Dialog (Dialoog): Het printen wordt op een geschikte plaats gestopt en er wordt op verdere
gegevens gewacht. Zodra deze aan de printer worden overgedragen, wordt het printen
voortgezet.
Aan het eind van een printopdracht blijft de printer op de bovenvermelde positie staan, zodat
een volgende opdracht zonder materiaalverlies aan de printer kan worden overgedragen.
Druk op de knop om de printopdracht te beëindigen. Hierbij worden de resterende
etiketten van de printopdracht klaar gedrukt. Er worden zo lang lege etiketten naar voren
geschoven totdat het laatste klaar gedrukte etiket de voorste printkop voorbij is.
Auto (Auto): Na een instelbare tijdsspanne, die in het menupunt Auto feed delay (Vertraging
voorschuiven) kan worden ingesteld, worden de resterende etiketten tussen de beide
printkoppen bedrukt.
Off (Uit): Het printen wordt pas gestopt nadat alle etiketten volledig geprint zijn. Bij een
langzame netwerkverbinding of etiketten met een lange genereertijd kan zich materiaalverlies
voordoen. Automatisch actief in de uitvoermodus.
Instelling van de tijd waarna de resterende etiketten tussen de printkoppen automatisch geprint
worden.
Waardebereik: 0 tot 255 seconden
Indien het printen gestopt wordt, kan zich aan de achterste printkop een kleine onderbreking in
het printbeeld voordoen waarbij een dunne witte lijn op het etiket te zien valt. Om dit te
vermijden, kan een waarde voor de minimale terugtrekking ingesteld worden (0 – 1 mm), met
dewelke het etikettenmateriaal teruggetrokken wordt. Bij de volgende keer starten van het
printen wordt over de vrije zone heen geprint.
Nederlands