Werbung
1.
Antes de dejar que un niño utilice este vehículo, un adulto debería verificar la zona de conducción y la capacidad del niño para conducirlo de forma
segura. Enseñe a su hijo las normas de seguridad apropiadas antes de dejarlo utilizar este vehículo. Esas normas también deben ser revisadas con el
resto de niños que vayan a conducir el vehículo.
2.
Es necesario que el conductor permanezca sentado. Si el niño no está sentado en el sillín con el vehículo en movimiento, podría caerse o el vehículo
podría volcar.
3.
El vehículo no debe utilizarse por la noche.
4.
No debe utilizarse el vehículo cerca de pendientes pronunciadas, ya que esto podría tener las siguientes consecuencias:
• Velocidades no seguras, incluso si el acelerador no está presionado.
• Volcados.
• Pérdida de tracción que haga que el vehículo resbale.
• Marcha atrás a una velocidad no segura.
5.
Es necesario evitar el contacto con los componentes en movimiento/giratorios, como el motor, la cadena, la rueda dentada, el freno de disco, el eje y las
ruedas. El contacto con esos componentes puede provocar lesiones graves.
6.
No debe utilizarse el vehículo si está colocado de lado o del revés.
7.
No debe utilizarse el vehículo cerca de vapores inflamables (gasolina, disolvente de pintura, acetona, cera líquida, etc.), ya que el interruptor eléctrico
emite una chispa interna que podría provocar una explosión o incendio.
8.
Para evitar el uso del vehículo sin supervisión, retire la batería.
9.
No debe conducir el vehículo si: está bajo la influencia del alcohol o las drogas; tiene una enfermedad cardíaca; está embarazada; tiene alguna dolencia
en la cabeza, la espalda o el cuello que limite su capacidad para conducir de forma segura; tiene alguna enfermedad mental o física que pueda hacerlo
susceptible a sufrir lesiones o afecte a su habilidad física o a sus capacidades mentales para reconocer, comprender y observar todas las instrucciones
de seguridad y para ser capaz de entender los riesgos inherentes al producto.
10. Antes de cada uso, es necesario llevar a cabo una inspección de seguridad básica, incluyendo: (i) el estado de los neumáticos; (ii) el funcionamiento
seguro de los frenos y las luces; (iii) el buen estado del bastidor; (iv) que la batería está suficientemente cargada, y (v) cualquier indicio de daño, des-
gaste inusual o excesivo, u otro problema mecánico o necesidad de mantenimiento claro y evidente. Se debe realizar el mantenimiento y la reparación
de los componentes de conformidad con las especificaciones del fabricante. Solo deben utilizarse piezas de repuesto autorizadas por el fabricante para
el producto.
11. El producto debe utilizarse únicamente dentro de una propiedad privada. No debe utilizarse en una propiedad pública, en la calle o en las aceras. Se
recomienza utilizarlo sobre hierba, tierra u otros terrenos blandos.
12. No se debe conducir de una forma agresiva, ejecutar saltos ni hacer giros bruscos. Una conducción agresiva podría dañar el producto y aumentar los
riesgos al utilizarlo.
13. No se deben llevar ni remolcar otros productos con el CyberQuad para niños.
14. No se debe utilizar el producto para realizar carreras, conducción acrobática o maniobras agresivas. Este tipo de conducción puede causar daños en el
producto y reducir el control del conductor, lo cual puede provocar lesiones.
1.
Voordat een kind dit voertuig gebruikt, moet een volwassene het rijgebied inspecteren, evenals het vermogen van het kind om het voertuig veilig te bes-
turen. Leer uw kind de juiste veiligheidsregels voordat het voertuig wordt gebruikt. Deze regels moeten ook worden doorgenomen met andere kinderen
die het voertuig willen besturen.
2.
Blijf altijd zitten. Een kind dat niet zit tijdens het rijden kan vallen of het voertuig doen kantelen.
3.
Gebruik het voertuig niet 's nachts.
4.
Gebruik het voertuig op steile hellingen, aangezien dit het volgende kan veroorzaken:
• Onveilige snelheid, zelfs als de gashendel wordt losgelaten.
• Kantelen
• Verlies van tractie, waardoor het voertuig slipt.
• Achteruit rollen met een onveilige snelheid.
5.
Vermijd contact met bewegende/roterende onderdelen, zoals de motor, ketting, tandwiel, schijfrem, as en wielen. Contact met deze onderdelen kan
ernstig letsel veroorzaken.
6.
Gebruik het voertuig niet wanneer het op zijn kant of staat of gekanteld is.
7.
Gebruik het voertuig niet in de buurt van ontvlambare dampen (benzine, verfverdunner, aceton, vloeibare was, enz.) aangezien de elektrische
schakelaar een interne vonk afgeeft en een explosie of brand kan veroorzaken.
8.
Verwijder de batterij om gebruik van het voertuig zonder toezicht te voorkomen.
9.
Het voertuig niet laten gebruiken door mensen die onder invloed zijn van alcohol of drugs, een hartaandoening hebben, zwanger zijn, of hoofd-, rug- of
nekaandoeningen hebben waardoor niet veilig gereden kan worden. Ook niet laten gebruik als psychische of
fysieke omstandigheden de kans op letsel verhogen of fysieke behendigheid of mentale vermogens zijn aangetast en het vermogen kunnen aantasten
om alle veiligheidsinstructies te herkennen, te begrijpen en uit te voeren en om de risico's die inherent zijn aan het product aan te kunnen.
10. Voer voor elk gebruik een veiligheidsinspectie uit, waaronder: (i) de conditie van de banden; (ii) veilige werking van remmen en lichten; (iii) goede staat
van het chassis; (iv) voldoende batterijlading; en (v) aanwijzingen van schade, ongebruikelijke of overmatige slijtage of andere duidelijke mechanische
problemen/onderhoudsbehoeften. Onderdelen onderhouden en repareren in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant. Alleen door de
fabrikant geautoriseerde vervangende onderdelen mogen worden gebruikt om het product te repareren.
11. Uitsluitend gebruiken op privéterrein. Niet gebruiken op openbaar terrein, straten of trottoirs. Gebruik op gras, zand of ander zacht terrein wordt
aanbevolen.
12. Rijd niet agressief, maak geen sprongen en neem geen scherpe bochten. Agressief rijden kan het product beschadigen en verhoogt de kans op
ongelukken.
13. Vervoer of sleep geen andere producten achter de Cyberquad voor kinderen.
14. Niet gebruiken voor racen, stuntrijden of andere agressieve manoeuvres. Dit kan leiden tot schade aan het product en verlies van de berijder, met letsel
tot gevolg.
PAUTAS PARA UNA CONDUCCIÓN SEGURA:
RICHTLIJNEN VOOR VEILIG RIJDEN:
20
Werbung
