Herunterladen Diese Seite drucken

Hach TenSette plus Benutzerhandbuch Seite 61

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für TenSette plus:

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

6.4 Verdunnen
Met de functie Dilute (verdunnen) kunt u twee geselecteerde volumes doseren.
1. Selecteer de functie Dilute (verdunnen). Het eerste volume (VOL 1) wordt weergegeven op het
display.
2. Druk op de scroltoets omhoog of omlaag om het eerste volume te selecteren.
3. Bevestig het volume met OK.
4. Selecteer het tweede volume (VOL 2) met de scroltoets en bevestig met OK.
Opmerking: Optioneel kunt u de snelheid instellen.
5. Selecteer Speed (snelheid). De opzuigsnelheid begint te knipperen.
6. Selecteer de opzuigsnelheid met de scroltoets en bevestig met OK.
7. Selecteer de uitblaassnelheid met de scroltoets en bevestig met OK.
8. Vul een schoon reagensreservoir met de vloeistof die moet worden gedoseerd.
9. Dompel de tip in de eerste vloeistof in het reservoir en druk op de drukknop. De tip zuigt het
eerste volume aan. Air (luchtbuffer) wordt weergegeven.
10. Verwijder de tip uit de vloeistof en tik deze tegen de rand van het reservoir om overtollige
vloeistof te verwijderen. Druk nogmaals op de drukknop om de luchtbuffer te verwijderen.
11. Dompel de tip in de tweede vloeistof en druk op de drukknop. De tip zuigt het tweede volume
aan.
12. Haal de tip uit de vloeistof.
13. Druk op de drukknop om beide volumes af te leveren. Het uitblazen wordt ook gebruikt om de tip
te legen.
14. Vervang de tip en ga verder met pipetteren.
6.5 Program (programma)
Programma's zijn opgeslagen instellingen die kunnen worden bewerkt, opgeslagen en opgehaald.
Onder Program (programma) vindt u de volgende standaardvolumes: 0,2; 0,4; 0,5; 1,0; 1.3; 2.0; 2.3;
2.5 en 5.0 mL. Onder Program (programma) kunt u met de scroltoets het programma selecteren. Zo
kunt u snel tussen verschillende instellingen wisselen. Extra functies zoals mengen en stapsgewijs
doseren vindt u ook terug onder Program (programma). Selecteer Edit (bewerken) om de standaard
volumes te wijzigen.
U kunt de standaardvolumes ook vervangen door extra functies. Raadpleeg de
Program (programma)
6.6 Extra functies onder Program (programma)
6.6.1 Mengen + pipetteren
Deze functie voegt een automatische mengstap toe aan het normale pipetteren.
1. Selecteer Program > Edit (programma > bewerken). Selecteer vervolgens met de scroltoets Mix
+ Pipette (mengen en pipetteren) en bevestig met OK.
2. Selecteer het gewenste volume met de scroltoets en bevestig met OK.
3. Selecteer de gewenste pipetteersnelheid. Nadat het volume is gedoseerd, wordt Mix (mengen)
weergegeven. Wanneer u op de drukknop drukt, wordt circa 70 % van het geselecteerde volume
meerdere keren gepipetteerd, zolang u de drukknop ingedrukt houdt. Nadat u de drukknop
loslaat, stopt de pipet na de volgende dosering. Vervolgens wordt Blowout (uitblazen)
weergegeven.
Druk op de drukknop voor normaal afblazen. De pipet is dan gereed voor een volgende keer
pipetteren.
6.6.2 Pipetteren + tellen
Bij deze functie wordt elke pipetteerstap automatisch geteld.
op pagina 61.
Extra functies onder
Nederlands 61

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

Bbp087