MedComp DIGNITY Gebrauchsanleitung Seite 68

5. Verifieer de juiste plaats van de kathetertip met behulp van fluoroscopie
of geschikte technologie. Opmerking: Bij een poort die in de arm is
geplaatst, beweegt u de arm van de patiënt naar verschillende posities ten
opzichte van het lichaam. Evalueer met behulp van fluoroscopie het effect
van deze beweging voor de locatie van de kathetertip tijdens elke beweging.
Verander zo nodig de positie van de katheter zodat de tip zich op de gewenste
plaats bevindt. Opmerking: Ga voorzichtig te werk bij het plaatsen van de
kathetertip. Verplaatsing van de arm van de patiënt waarin het systeem is
geïmplanteerd kan verplaatsing van de kathetertip tot gevolg hebben.
6. Pak de twee handvaten van de aftrekhuls vast en trek ze op hetzelfde moment
naar buiten en naar boven.
7. Trek de huls helemaal van de katheter af. Zorg ervoor dat de katheter niet
losgemaakt wordt uit het bloedvat.
KATHETERTUNNELPROCEDURE:
Maak een subcutane pocket met behulp van stompe dissectie. Opmerking:
1.
Doe een proefplaatsing om te verifiëren dat de pocket groot genoeg is voor de
poort en dat de poort niet onder de incisie ligt.
Bevestigbare katheters:
• Maak als volgt een subcutane tunnel van de veneuze kant naar de plaats van
de poortpocket met behulp van het tunnelinstrument of een lange forceps:
a. Maak een kleine incisie bij de veneuze ingangsplaats.
b. Breng de tip van het tunnelinstrument in de kleine incisie.
c. Vorm een tunnel door de tip van het tunnelinstrument van de
veneuze ingangsplaats naar de plaats van de poortpocket. Let op:
Vermijd onbedoelde punctie van de huid of fascia met de tip van het
tunnelinstrument.
d. Verwijder het katheterslot van de katheter. Let op: Gebruik nooit een
katheterslot dat gebarsten of op andere wijze beschadigd is.
e. Bevestig het uiteinde van de katheter op de weerhaak van het
tunnelinstrument met een draaibeweging. Opmerking: De weerhaak moet
zo volledig mogelijk worden bedekt door de katheter terwijl deze door de
tunnel wordt getrokken. Er kan hechtdraad worden aangebracht rond
de katheter tussen het lichaam van het tunnelinstrument en de grote
weerhaak worden gebonden om deze beter vast te houden.
f. Trek het tunnelinstrument door naar de plaats van de poortpocket terwijl
u voorzichtig de katheter vasthoudt. Opmerking: De katheter mag niet
geforceerd worden.
g. Plaats het katheterslot op de katheter.
h. Snijd de katheter af op de juiste lengte in een hoek van 90˚ en zorg voor
voldoende speling voor lichaamsbeweging en poortaansluiting. Controleer
de katheter op eventuele schade. Als er schade wordt opgemerkt, snijdt u
het beschadigde deel af voordat u de katheter op de poort aansluit.
DE KATHETER OP DE POORT AANSLUITEN:
1. Spoel alle lucht uit het lichaam van de poort met behulp van een 10 ml spuit
met een niet-borende naald gevuld met gehepariniseerde zoutoplossing (100
USP eenheden/ml). Steek de naald door beide septums/reservoirs en injecteer
de vloeistof terwijl de steel omhoog wijst. Denk eraan dat sommige patiënten
hypergevoelig kunnen zijn voor heparine en bij deze patiënten mag de poort
niet gespoeld worden met gehepariniseerde zoutoplossing.
2. Reinig alle systeemcomponenten met een irrigatie-oplossing.
3. Sluit de katheter op de poort aan:
Let op: Alvorens het katheterslot op te voeren, dient u er zeker van te zijn
dat de katheter goed is geplaatst. Een katheter die niet naar de juiste regio is
opgevoerd, zit wellicht niet stevig en kan leiden tot losraken en exstravasatie.
De katheter moet recht zijn zonder teken van knikken. Licht trekken aan
de katheter is voldoende om deze recht te maken. Het katheterslot opvoeren
over een geknikte katheter kan schade toebrengen aan de katheter. Houd de
katheter of het katheterslot niet vast met een instrument dat mogelijk schade
kan toebrengen aan een van beide stukken (bijv. hemostasekleppen).
a. Breng de steel van de poort in lijn met de katheter.
NB: Als de katheter en het slot worden verbonden en daarna losgekoppeld,
moet het katheteruiteinde opnieuw worden afgesneden om te zorgen voor
een veilige heraansluiting.
b. Voer bij de Dignity
spleet tussen de steel niet langer zichtbaar is. Zorg er hierbij voor dat het
lumen niet wordt versmald door uw greep op de katheter. Opmerking: De
katheter te ver langs de steel van de poort opvoeren zou kunnen leiden tot
'mushrooming' van de slang wanneer het katheterslot wordt opgevoerd.
Mocht dit gebeuren dan is het aan te raden om te stoppen met het opvoeren
van het katheterslot, de katheter langs de steel bij de poort vandaan te
trekken en de aansluiting opnieuw in elkaar te zetten.
c. Voer het katheterslot recht op totdat het gelijk is met de poort. Het
katheterslot dient voldoende te zijn om de katheter vast te zetten aan de
poort. Medcomp
dit de katheter zou kunnen indrukken, knikken of beschadigen.
dubbele poort de katheter op over de steel totdat de
®
beveelt niet aan om rondom de katheter te hechten, daar
®
-66-