Repareren; Storingen Opheffen - Stihl FS 511 C-M Gebrauchsanleitung

17 Repareren

► Als er geen vet op de afsluitplug (2) zichtbaar
is:
► Tube "STIHL tandwielvet" (1) hierin schroe‐
ven.
► 5 g STIHL tandwielvet in het huis van het
aandrijfmechanisme drukken.
► Tube "STIHL tandwielvet" (1) losschroeven.
► Afsluitplug (2) aanbrengen en vastdraaien.
► De motorzeis 1 minuut inschakelen.
Het STIHL tandwielvet wordt gelijkmatig
verdeeld.
16.3 Gaskabel instellen
► Schakel de motor uit.
3
► Druk de gashendelblokkering (1) en de gas‐
hendel (2) volledig in en houd ze ingedrukt.
► Draai de bout (3) rechtsom tot de voelbare
weerstand.

18 Storingen opheffen

18.1 Storingen aan de motorzeis opheffen
De meeste storingen hebben dezelfde oorzaken.
► Neem de volgende maatregelen:
► Vervang het luchtfilter.
► Reinig of vervang de bougie.
► Stel de winterstand of zomerstand in.
► Als de storing aanhoudt: neem maatregelen uit de volgende tabel.
Storing
Motor kan niet wor‐
den gestart.
De motor draait onre‐
gelmatig bij stationair
toerental.
De motor slaat bij
stationair toerental af.
0458-856-7621-A
1
2
Oorzaak
De brandstoftank
bevat onvoldoende
brandstof.
De motor is "verzo‐
pen".
De carburateur is te
heet.
IJsvorming in de car‐
burateur.
IJsvorming in de car‐
burateur.
IJsvorming in de car‐
burateur.
► Draai de bout (3) een halve slag verder
rechtsom.
16.4 Metalen snijgarnituur aanscher‐
pen/slijpen en balanceren
Het vraagt veel oefening om een metalen snij‐
garnituur correct aan te scherpen/slijpen en te
balanceren.
STIHL adviseert, metalen snijgarnituren door een
STIHL dealer te laten aanscherpen/slijpen en
balanceren.
► Metalen snijgarnituur zo aanscherpen/slijpen,
als in de handleiding en verpakking van het
gebruikte snijgarnituur staat beschreven.
17 Repareren
17.1 Motorzeis en snijgarnituur
repareren
De gebruiker kan de motorzeis en het snijgarni‐
tuur niet zelf repareren.
► Als de motorzeis of het snijgarnituur is
beschadigd: de motorzeis of het snijgarnituur
niet gebruiken en contact opnemen met een
STIHL dealer.
Oplossing
► Brandstof mengen en motorzeis bijvullen.
► Verbrandingskamer ventileren.
► Laat de motorzeis afkoelen.
► Voordat de motor wordt gestart: druk de hand-benzi‐
nepomp ten minste 10 maal in.
► De motorzeis tot +10 °C laten opwarmen.
► De motorzeis tot +10 °C laten opwarmen.
► De motorzeis tot +10 °C laten opwarmen.
Nederlands
21