Accessoires; Bevochtiger - Mitsubishi Electric MULTIDENSITY 009 Installations, Bedienungs Und Wartungsanleitungen

MULTIDENSITY
3

ACCESSOIRES

3.1

BEVOCHTIGER

Op verzoek kan de klimaatregeleenheid worden uitgerust met een bevochtiger met
ondergedompelde elektroden:
WERKINGSPRINCIPE BEVOCHTIGER
In de bevochtiger met ondergedompelde elektroden genereert de stroom, die tussen de
elektroden door het water in de boilercilinder loopt, de noodzakelijke warmte om het water aan
de kook te brengen.
Door het waterniveau en de concentratie van zouten in de stoomcilinder (6) te controleren door
middel van de magneetkleppen voor bijvullen (7) en afvoer (8), is het mogelijk om de geleverde
en gemeten stroom te regelen door middel van de stroomtransformator (2).
Wanneer de productie van stoom noodzakelijk is, zal de contactor van de bevochtiger sluiten
(zie elektrisch schema) om de ondergedompelde elektroden te voeden.
Wanneer de stroom onder de ingestelde waarde daalt als gevolg van de vermindering van het
waterniveau, wordt de vulklep (7) geopend.
De afvoerklep (8) wordt regelmatig geactiveerd, afhankelijk van de kenmerken van het
voedingswater, zodat de optimale concentratie van zouten in de cilinder (6) gegarandeerd
wordt.
Het periodieke onderhoud bestaat enkel in de controle en de reiniging van de onderdelen in de
stoomproductie-eenheid. De hieronder aangegeven handelingen moeten jaarlijks worden
uitgevoerd, bij voorkeur voorafgaand aan de uitschakeling van de unit in de zomer.
STOOMCILINDER
De stoomcilinder moet periodiek gereinigd worden om de kalkaanslag op het oppervlak van de
elektroden en afzettingen die het filter op de bodem van de cilinder bereiken te verwijderen.
Ga voor de verwijdering van de cilinder als volgt te werk:
- tap al het water uit de boiler af. Verwijs voor deze handeling naar deel "HANDMATIGE
CONTROLE" van de Technische handleiding van EVOLUTION+ MULTIDENSITY;
- koppel de stroomvoorziening los door de hoofdschakelaar van het achterste extra
schakelbord op OFF te zetten;
- verwijder vanaf de bovenkant van de cilinder de buis die de stoom naar de verdeler leidt;
- koppel de vermogensverbindingen los door de knoppen op de uiteinden van de kabels
los te draaien en de stekkers los te koppelen van de niveau-elektroden;
- maak de klemband voor de bevestiging van de cilinder op de unit los;
- neem de cilinder naar boven weg.
De stoomcilinder kan na de reiniging van de elektroden diverse keren gebruikt worden; hij moet
echter vervangen worden in geval de elektroden onherstelbaar versleten zijn. Alleen de gehele
cilinder is beschikbaar als reserveonderdeel (inclusief filters).
UM_MULTIDENSITY_00_Z_09_20_ML
3
4
1 Interfacekaart bevochtiger:A3; (in
6
het schakelbord).
2 Stroomtransformator TA1 (in het
schakelbord) voor de meting van
de stroom aan de ingang van de
stoomcilinder.
3 Watertank.
4 Elektroden hoog waterniveau in
7
de stoomcilinder.
5 Overlooppijp (ACHTER DE
CILINDER).
8
6 Boilercilinder (of stoomcilinder).
7 Magneetklep bijvullen water:YV1.
8 Magneetklep afvoer cilinder:YV2.
9 Besturingskaart microprocessor:
B1
10 Temperatuur- en vochtsensor: BH1.
Positie: V-F
OUT Ф32mm
IN 3/4"G Ф6mm
GROEPEN VOOR BIJVULLEN EN AFVOER
Om de correcte werking van de bevochtiger te verzekeren, moeten de groepen voor
toevoer/bijvullen en afvoer regelmatig gecontroleerd worden.
Ga als volgt te werk:
- tap al het water uit de boiler af met behulp van de HANDMATIGE BEDIENING;
- koppel de stroomvoorziening los door de hoofdschakelaar van het schakelbord op
OFF te zetten;
- verwijder de vulleiding vanaf de GAS 3/4-fitting van de magneetklep voor bijvullen;
- verwijder en reinig het filter van de fitting van de magneetklep;
- demonteer de groep voor afvoer (weergegeven op afbeelding 13), reinig de leidingen
en verwijder sporen van kalkaanslag in de afvoersifon.
ELEKTRISCHE VOEDING BEVOCHTIGER
Onder de magneetklep voor bijvullen van de stoomproductie-eenheid bevindt zich een
mannelijke schroefdraadfitting (V) voor de levering van water aan de bevochtiger. De fitting
is reeds voorzien van een plastic slang met een diameter van 6 mm voor de aansluiting op
de waterleiding van het gebouw (zie punt F van de afbeelding).
V: Stoomproductie-eenheid - inlaataansluiting (mannelijke schroefdraadfitting 3/4"G);
F: Slang, diameter: Ф 6mm.
Voed de bevochtiger met leidingwater dat niet chemische behandeld en niet
gedemineraliseerd is.
De kenmerken van het voedingswater van de bevochtiger moeten voldoen aan de
onderstaande waarden:
GRENSWAARDEN VOOR VOEDINGSWATER VOOR
BEVOCHTIGERS MET ONDERGEDOMPELDE
ELEKTRODEN
Netwerkdruk
Waterstofionen
Specifieke geleidbaarheid op
20°C
Totaal opgeloste vaste stoffen
Droge residu bij 180°C
Totale hardheid
Tijdelijke hardheid
IJzer + mangaan
Chloriden
Silica
Chloorresidu
Calciumsulfaat
Metalen onzuiverheden
Oplosmiddelen,
verdunningsmiddelen , zeep,
smeermiddelen
(1) Waarden afhankelijk van de specifieke geleidbaarheid; in het algemeen: TDS ≅
0,93 * σ R ≅ 0,65 * σ
R, 20 °C; 180
VERPLICHTING
Alleen gebruiken met drinkwater.
• Er bestaat geen enkele betrouwbare relatie tussen hardheid en
geleidbaarheid van het water.
• Het water mag niet met waterontharders behandeld worden!
Hierdoor kan corrosie aan de elektroden ontstaan en
schuimvorming optreden, met potentiële problemen door
falende werking.
• Voeg geen ontsmettingsmiddelen of anti-corrosie mengsels
aan het water toe omdat deze stoffen potentieel irriterend zijn.
• Het is streng verboden om industrieel putwater te gebruiken,
of water dat uit koelcircuits is afgetapt n en in het algemeen
water dat potentieel verontreinigd is (chemisch of
bacteriologisch) .
BEVOCHTIGER
Gebruik een stevige rubberen of plastic slang die bestand is tegen ten minste 100°C, met
een binnendiameter van 32 mm. Installeer een sifon in het gedeelte van de slang buiten de
unit om onaangename geuren en het overlopen van water uit de bak van de bevochtiger te
voorkomen. Giet tijdens de installatie water in de opvangbak van de condens en in de bak
van de bevochtiger om de afvoersifons buiten en binnen de unit met water te vullen. Zorg
voor een helling van 1% stroomafwaarts van de sifon.
LET OP
Het water afkomstig van de stoomcilinder is zeer heet. De
afvoerleiding van de bevochtiger mag niet worden
samengebonden met elektrische kabels en moet verticaal lopen
om contact met deze kabels te voorkomen.
68
VERTALING VAN DE OORSPRONKELIJKE HANDLEIDING
Nederlands
Normaal water
Min.
bar 1
pH 7
σ μS/cm 350
R, 20 °C
TDS mg/l (1)
R mg/l (1)
180
TH mg/l CaCO 100 (2)
3
mg/l CaCO 60 (3)
3
mg/l Fe + Mn 0
ppm Cl 0
mg/l SiO 0
2
mg/l Cl - 0
mg/l CaSO 0
4
mg/l 0
mg/l 0
R
Max.
8
8,5
1250
(1)
(1)
400
300
0,2
30
20
0,2
100
0
0