5: Aanwijzingen Voor Gebruik In Een (Mogelijk) Explosiegevaarlijke Omgeving; Beoogd Gebruik; Veiligheidsinstructies - Emerson EL-O-Matic F Series Sicherheitshandbuch

Veiligheidsinformatiegids
DOC.SG.EF.NL Rev. 2
5. Aanwijzingen voor gebruik in een (mogelijk)
explosiegevaarlijke omgeving

5.1 Beoogd gebruik

De EL-O-Matic F-Series pneumatische actuators dienen voor gebruik op plaatsen
waar een explosieve atmosfeer als gevolg van mengsels van lucht en gassen,
dampen, nevel en door lucht/stof kan ontstaan. Ze kunnen daarom worden
gebruikt in zones met zoneclassificatie 1, 2 (gas) en/of 21, 22 (stof).

5.2 Veiligheidsinstructies

1. Assemblage, demontage en onderhoud van de actuator mogen alleen
plaatsvinden als er geen explosiegevaarlijke mengsels aanwezig zijn.
2. Voorkom binnendringen van explosiegevaarlijke mengsels in de actuator.
Gebruik bijvoorbeeld een magneetschakelaar met "onluchtings"-functie op
actuators met terugdrukveren die in een mogelijk explosiegevaarlijke atmosfeer
worden gebruikt.
3. De meegeleverde positie-indicator van kunststof is goedgekeurd voor gebruik in
zones die zijn geclassificeerd als mogelijk explosief (Ex) gasgroep IIB.
—
Op plaatsen waar de eisen voor Ex gasgroep IIC gelden, is de kunststof
indicator voor actuatormaat 25 tot 350 voor gebruik goedgekeurd.
—
Op plaatsen waar de eisen voor Ex gasgroep IIC gelden, mag geen gebruik
worden gemaakt van de kunststof positie-indicator (voor actuatormaat 600
t/m 4000).
4. Om verhoging van het risico van stofexplosie te voorkomen, dient de apparatuur
periodiek stofvrij te worden gemaakt.
5. Voorkom vonken door het juiste gereedschap te gebruiken en andere vormen
van contactenergie te vermijden als de apparatuur op risicovolle installaties is
geïnstalleerd (potentieel explosieve atmosfeer).
6. Tandheugelactuators hebben geen inherente ontstekingsbron door
elektrostatische ontlading, maar er kan explosiegevaar zijn vanwege ontlading
van statische elektriciteit van andere componenten van de klepconstructie.
—
Zorg om lichamelijk letsel en materiële schade te voorkomen dat de klep op de
pijpleiding is geaard voordat de klepconstructie in bedrijf wordt gesteld.
—
Zorg voor en onderhoud een doorverbinding tussen as en klep, bijvoorbeeld
door gebruik van een massakabel tussen as en huis.
7. Het ontstaan van statische elektriciteit op niet-geleidende buitenoppervlakken van
de apparatuur (bijv. door wrijven op oppervlak enz.) moet worden vermeden.
8. De beschermende laklaag mag niet dikker zijn dan 200 µm als de actuator in een
atmosfeer van groep IIC wordt gebruikt. Voor een atmosfeer van groep IIA of IIB mag
de beschermende laklaag niet dikker zijn dan 2 mm.
EL-O-Matic F-Series
April 2018
8
NL