•
Die beiden Scheinwerfer haben
zwei Stellschrauben (2 und 3)
für die waagerechte Einstellung
des Scheinwerferstrahls.
•
Die Ausrichtung des Scheinwer-
ferstrahls über die Schraube (2
und 3) einstellen.
•
Zum Verstellen des Scheinwer-
ferstrahls nach links: Die
Schraube (3) losschrauben und
die Schraube (2) festschrauben.
Zum Verstellen des Scheinwer-
ferstrahls nach rechts in umge-
kehrter Reihenfolge vorgehen.
Nach der Einstellung:
ANMERKUNG
PRÜFEN, DASS DER SCHEINWER-
FERSTRAHL WAAGERECHT RICHTIG
EINGESTELLT IST.
Vordere Blinker (04_31, 04_32)
Achtung
VOR DEM WECHSELN EINER LAMPE
DEN ZÜNDSCHLÜSSEL AUF «OFF»
DREHEN UND EINIGE MINUTEN WAR-
TEN, SO DASS DIE LAMPE ABKÜH-
04_31
LEN KANN.
ZUM WECHSELN DER LAMPE SAU-
BERE
HANDSCHUHE
ODER EIN SAUBERES UND TROCKE-
NES TUCH VERWENDEN.
108
•
Beide voorste koplampen zijn
voorzien van twee bouten (2 en
3) voor de horizontale regeling
van de lichtbundel.
•
Door te handelen op de bouten
(2 en 3) regelt men de richting
van de lichtbundel.
•
Om de lichtbundel naar links te
draaien: draai de bout (3) los, en
draai de bout (2) vast. Handel in
de omgekeerde zin om de licht-
bundel naar rechts te verplaat-
sen.
Na de regeling:
N.B.
CONTROLEER DE CORRECTE HORI-
ZONTALE RICHTING VAN DE LICHT-
BUNDEL.
Richtingaanwijzers voor
(04_31, 04_32)
LET OP
VOORALEER MEN EEN LAMPJE VER-
VANGT, PLAATST MEN DE ONTSTE-
KINGSSCHAKELAAR
«OFF», EN WACHT MEN ENKELE MI-
NUTEN ZODAT DEZE KAN AFKOE-
LEN.
ANZIEHEN
IN
POSITIE