5
Systemen doorkoppelen
Aftakking BUS-systeem
De kabellengte van de aftakking mag na de splitter niet meer dan 2,5 m bedragen. Voor een
aftakking geldt verder dat er niet meer dan 1 motor aangesloten mag worden: In onderstaande
afbeelding is dat nog eens weergegeven.
Tandem systemen in een BUS-systeem (alleen voor 6200)
Een stel tandemmotoren wordt standaard geleverd met eindmotor-instelling ingeschakeld bij
beide motoren.
Wanneer een tandemsysteem in de BUS wordt opgenomen, moeten deze eindmotor-instellingen
gewist worden (zie boven). Daartoe moet de verbindende buskabel ontkoppeld zijn.
Tandem standaard levering,
eindmotoren ingesteld:
Tandem in een BUS:
Eindmotoren bij eerste
en laatste motorunit v.d. BUS
ingesteld, bij tandem opgeheven.
Bedieningsmogelijkheden met BUS-systemen
Door gekoppelde systemen kunnen op verschillende manieren bediend worden.
1: met schakelaar of knopjes onderop de motorunit.
2: met radio frequent (is gelijk aan schakelaar).
3: met infrarood (meest uitgebreid).
1 - 2: Doorgekoppeld m.b.v. schakelaar of radio frequent
In dit voorbeeld zijn 3 gordijnrailsystemen met elkaar doorverbonden binnen een groep.
Een BUS systeem ziet geen verschil tussen een schakelaar of een RF ontvanger. Alle
gordijnrailsystemen binnen het BUS systeem zullen gelijktijdig op de schakelaar of RF ontvanger
reageren. Wanneer er meerdere groepen gemaakt moeten worden dient elke groep een eigen
schakelaar of RF ontvanger te hebben waarbij de groepen onderling niet doorgekoppeld zijn.
Elke groep moet gezien worden als een zelfstandig werkend BUS systeem.
2
24V DC
1
2
24V DC
1
schakelaar of RF
23