Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Meten Met De Benning It 100 - Benning IT 100 Bedienungsanleitung

Isolations- und widerstandsmessgeraet
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für IT 100:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 3
8.

Meten met de BENNING IT 100

8.1 Voorbereiden van metingen
-
Gebruik en bewaar de BENNING IT 100 uitsluitend bij de aangegeven
werk- en opslagtemperaturen. Niet voortdurend blootstellen aan direct
zonlicht.
-
Controleer de gegevens op de veiligheidsmeetsnoeren ten aanzien
van nominale spanning en stroom. Origineel met de BENNING IT 1100
meegeleverde snoersets voldoen aan de te stellen eisen.
-
Controleer de isolatie van de veiligheidsmeetsnoeren. Beschadigde meet-
snoeren direct verwijderen.
-
Storingsbronnen in de omgeving van de BENNING IT 100 kunnen leiden tot
instabiele aanduiding en/ of meetfouten.
8.2 Meten van isolatieweerstand
LET OP: maximale spanning t.o.v. aarde!
Gevaarlijke spanning!
De hoogste spanning die aan de negatieve contactbus (-) en aan de positieve
contactbus (+) van de BENNING IT 100 ligt t.o.v. aarde, mag maximaal 1000
V bedragen. Vermijd bij metingen vonkbogen gedurende langere tijd tussen de
testpennen/ meetpunten, deze kunnen apparatuurstoringen veroorzaken.
Tijdens het meten van isolatieweerstand kunnen aan de punten
van de meetpennen van de BENNING IT 100 gevaarlijke
spanningen voorkomen. Denk er aan dat deze spanningen
ook kunnen optreden aan blanke metaaldelen van het
schakelcircuit.
Vermijd contact met de testpennen wanneer de draaischakelaar
 op positie 250 V, 500 V of 1000 V staat.
-
Maak het te meten schakelcircuit c.q. het object spanningsvrij.
-
Kies met de draaischakelaar  de gewenste proefspanning 250 V, 500 V
of 1000 V in het segment M.
-
Het zwarte veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de negatieve contactbus (-)
 van de BENNING IT 100.
-
Het rode veiligheidsmeetsnoer inpluggen in de positieve contactbus (+) 
van de BENNING IT 100.
-
Leg de meetpennen van de veiligheidsmeetsnoeren aan de meetpunten.
-
Staat er een vreemde spanning op de uiteinden van de meetpennen
dan wordt de hoogte van deze spanning in het display  weergegeven.
Bij een spanning vanaf 30 V AC/ DC gaat bovendien in het display een
waarschuwingssignaal ( ) knipperen en klinkt er een akoestisch signaal om
op de afwijkende spanning te wijzen. Voor dat u dan met de volgende stap
verder gaat, moet eerst het schakelcircuit spanningsvrij worden gemaakt.
-
Om de meting van de isolatieweerstand te starten houdt u de
ingedrukt.
-
In de linkerbovenhoek van het display wordt dan de actuele proefspanning
weergegeven. Bij niet gecontacteerde testpennen moet in de linker
bovenhoek van het display de volledige waarde van de ingestelde
testspanning worden aangeduid. Het hoofddisplay  geeft de waarde van
de isolatieweerstand aan.
-
De
-toets  kan worden losgelaten zodra een akoestisch signaal
aangeeft dat de meetwaarde gestabiliseerd is.
-
Houd de meetpennen van de veiligheidsmeetsnoeren zo lang aan het
meetpunt aangelegd, dat het schakelcircuit via de BENNING IT 100 volledig
ontladen is. De afvallende proefspanning kan via het kleine display 
worden afgelezen. Het circuit is geheel ontladen zodra het hoofddisplay het
teken „----" weergeeft.
Zie fig. 3:
8.3 Meten van laagohmige weerstand
De
Ω 200 mA) mag niet worden toegepast in verdelersystemen
met spanningen hoger dan 600 V.
-
Maak het te meten schakelcircuit c.q. het object, spanningsvrij
-
Kies met de draaischakelaar  de gewenste functie „Ω 200 mA"
11/ 2004
meten van isolatieweerstand
laagohmige
weerstandsmeting
BENNING IT 100
-toets 
(schakelaarstand
60

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis