f) Gelijkstroommeting A
Stroommetingen zijn in drie bereiken van 0 tot 200 mA mogelijk. Alle stroommeet-
bereiken zijn gezekerd en dus beveiligd tegen overbelasting.
Voor het meten van gelijkstromen (DC) gaat u als volgt te werk:
- Wanneer u stromen tot max. 2000 μA meten wilt, zet
dan de draaischakelaar in de positie „2000 μA" resp.
het passende meetbereik.
- Sluit nu de beide meetstiften in serie aan op het meetob-
ject (batterij, schakeling, enz.); de betreffende polariteit
wordt samen met de actuele meetwaarde in het display
weergegeven.
Meet in het μA/mA-bereik in geen geval stroom groter dan 200 mA,
aangezien dan de zekering wordt geactiveerd. De spanning in het
meetcircuit mag 250 V niet overschrijden
Is geen meting meer mogelijk (geen verandering van meetwaarden
enz.) dan werd waarschijnlijk de interne zekering geactiveerd. Een
vervanging van de zekering mag alleen door een vakman worden uit-
gevoerd.
- Schakel het meetapparaat na beëindiging van de meting uit. Draai de draaischa-
kelaar in de positie „OFF".
65