Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Ingebruikname Van Het Model; A) De Vliegaccu Plaatsen En Aansluiten; B) Instellen Van Het Zwaartepunt; C) Instellen Van De Roeruitslagen - Reely Soarstar Bedienungsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen



9. Ingebruikname van het model

a) De vliegaccu plaatsen en aansluiten

De vliegaccu wordt na het afnemen van de cockpitkap voor in de romp geschoven en met klittenband vastgemaakt.
De exacte positie van de accu wordt door het zwaartepunt bepaald.

b) Instellen van het zwaartepunt

De vliegaccu (zie afb. 18, pos. 1) moet zo in de accuschacht worden aangebracht, dat het zwaartepunt zich
ong. 105 - 110 mm achter de neusbalk van het draagvlak bevindt, zie afb. 17.
Teken hiertoe op de vleugels met een stift de betrokken positie van het zwaartepunt (2) af. Steun van onderen
het geassembleerde, vliegklare model op de meetpunten met de wijsvingers van de linker en de rechter hand.
Als het zwaartepunt correct ligt moet het model een licht naar voren hellende stand innemen.
Belangrijk!
Meet het zwaartepunt altijd met een geplaatste cabinekap.
Leg voor de eerste vluchten het zwaartepunt op ongeveer 105 mm. Het optimale zwaartepunt kan nadien
worden vastgelegd en opnieuw ingesteld.
De accu in vlucht tegen lossen worden beveiligd met klittenband. Kleef daartoe telkens een klittenband aan de
onderkant van de accu en in de bodem van de romp, om het wegglijden naar voor of naar achter effectief te
verhinderen.
Teken bij het optimale zwaartepunt de accu en een plaats op de romp af met
een zwarte watervaste stift (zie afb. 18, pos. 2). Op die manier moet u na het
vervangen van de accu niet steeds opnieuw het zwaartepunt bepalen.

c) Instellen van de roeruitslagen

Bij een correcte bouw moeten de roeren (gemeten aan de achterzijde) de volgende uitslagwaarden vertonen:
Hoogteroer
15 mm naar boven
Richtingsroer
35 mm naar links
Let op!
De aangegeven waarden geven de onderste en de bovenste grenswaarden van de roeruitslagen. Naargelang uw persoonlijke stuurgewoonte
moet u de uitslagen individueel aanpassen. Als u voor uw model een computer-afstandsbediening gebruikt, dan kunt u de waarden handig van op
de zender instellen. Als u een normale afstandsbediening gebruikt, dan moet u door ompluggen van de schuifstangen op de roerhoorns van de
servo's resp. de roerflaps de waarden instellen.
62
15 mm naar beneden
35 mm naar rechts
105 - 110 mm
Afb. 17
Afb. 18

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

20 76 26

Inhaltsverzeichnis