e
w
q
w
e
q
Functieknoppen en -toetsen
q
Achteruitknop
Wanneer steekpatroon 01, 02, 07 of 08
geselecteerd, naait de machine achteruit zolang u de
achteruitknop ingedrukt houdt.
Wanneer u op de achteruitknop drukt bij het naaien van een
ander steekpatroon, naait de machine direct afhechtsteken
en stopt vervolgens automatisch.
w
Automatische-afhechtingsknop
Wanneer steekpatroon 01, 02, 07 of 08
geselecteerd, naait de machine direct afhechtsteken en stopt
vervolgens automatisch wanneer u op de automatische-
afhechtingsknop drukt.
Wanneer u een ander steekpatroon naait, naait de machine
afhechtsteken aan het eind van het huidige patroon en stopt
vervolgens automatisch.
e
Naald-omhoog/omlaagknop
Wanneer u op deze toets drukt, zet u de naald omhoog of
omlaag.
De machine stopt met de naald in de beneden- of bovenstand,
afhankelijk van de naaldpositie die met deze knop is bepaald.
10
r
t
is
is