ResMed Stellar Serie Bedienungsanleitung Seite 263

Probleem/mogelijke oorzaak
De zelftest van het apparaat
mislukt en de therapie kan niet
worden gestart (systeemstoring
21).
Onderdeelstoring
(systeemstoring 8, 25)
LCD: Overdruk!
Het apparaat genereert een druk
die hoger is dan 59 cm H
behandeling wordt beëindigd.
LCD: Verstopte slang!
De luchtweg is verstopt.
LCD: Hoge temperatuur [10, 11, 12, 23]!
De temperatuur in het apparaat is
te hoog. De behandeling kan
worden gestopt.
LCD: Hoge druk!
De therapiedruk overschrijdt het
vooraf ingestelde alarmniveau.
LCD: Lage druk!
De luchtslang is niet goed
aangesloten.
LCD: Circuit afgekoppeld!
Het luchtcircuit is niet goed
aangesloten.
LCD: Lage minuutventilatie!
Het minuutventilatieniveau is
lager dan het ingestelde
alarmniveau.
LCD: Lage ademhalingsfreq.!, Hoge ademhalingsfreq.!
Het niveau van de
ademhalingsfrequentie is lager of
hoger dan het ingestelde
alarmniveau.
Handeling
1. Zet het apparaat uit.
2. Zet het apparaat weer aan.
Als het probleem blijft bestaan, retourneer het dan voor onderhoud.
1. Zet het apparaat uit.
2. Zet het apparaat weer aan.
1. Zet het apparaat uit.
O. De
2. Controleer of de luchtslang goed aangesloten is.
2
3. Zet het apparaat weer aan.
4. Start de functie Leercircuit.
Opmerking: Als het alarm herhaaldelijk wordt geactiveerd, zijn er
mogelijk interne onderdelen defect. Stop het gebruik van het apparaat
en retourneer het voor onderhoud.
1. Controleer de luchtweg op verstoppingen.
2. Verwijder de oorzaak van de verstoppingen.
3. Als het alarm niet wordt verwijderd, beëindigt u de behandeling.
4. Start de behandeling opnieuw.
Zorg dat de omgevingstemperatuur binnen het opgegeven
bedrijfstemperatuurbereik ligt. Als het probleem binnen het opgegeven
bedrijfstemperatuurbereik aanhoudt, dient u het apparaat te
retourneren voor onderhoud.
Raadpleeg uw arts.
1. Beëindig de behandeling.
2. Start de behandeling opnieuw.
Als het probleem aanhoudt, raadpleeg dan uw arts.
1. Controleer of het luchtcircuit niet beschadigd is en sluit het
opnieuw aan.
2. Als het alarm niet wordt verwijderd, beëindigt u de behandeling.
3. Start de behandeling opnieuw.
1. Controleer of het luchtcircuit niet beschadigd is en sluit het
opnieuw aan.
2. Als het alarm niet wordt verwijderd, beëindigt u de behandeling.
3. Start de behandeling opnieuw.
Raadpleeg uw arts.
Raadpleeg uw arts.
Nederlands 27