Vóór de ingebruikname
Accu van het apparaat opladen (zie afb. A)
OPMERKING
►
De accu wordt deels opgeladen geleverd. Laad de accu voor
het eerste gebruik bij voorkeur minstens 1 uur op. Dat garan-
deert optimale prestaties van de accu. U kunt de lithium-ionac-
cu op elk gewenst moment opladen zonder de levensduur te
verkorten. De accu raakt niet beschadigd bij onderbreking van
de oplaadprocedure.
Als de indicatie voor de laadtoestand van de accu 3 tijdens
►
het gebruik rood oplicht, heeft de accu minder dan 30% van zijn
capaciteit over en moet hij worden opgeladen.
►
Laad het accugereedschap nooit op als de omgevingstempe-
ratuur lager dan 10 °C of hoger dan 40 °C is. Als een lithium-
ionaccu langere tijd moet worden opgeslagen, moet de laad-
toestand periodiek worden gecontroleerd. De optimale
laadtoestand ligt tussen 50% en 80%. De accu moet worden
opgeslagen in een koele, droge omgeving met een tempera-
tuur tussen 0 °C en 50 °C.
Opladen starten
♦
Verbind de USB-C-stekker van de oplaad kabel
oplaadaansluiting 5.
♦
Verbind de USB-stekker van de oplaadkabel
oplader 9.
Sluit de oplader 9 aan op een stroombron met 100–240 V ∼,
♦
50/60 Hz.
De accu is opgeladen als de indicatie van de acculaadtoestand 3
groen gaat branden in plaats van rood.
PAS 4 C4
met de
9b
met de
9a
NL │ BE
│
95
■