Mini Advanced Car Eye 2.0 Bedienungsanleitung Seite 74

Er kan ook een continue opname worden
geactiveerd. Hierbij worden doorlopend
videosequenties van 60 seconden opgenomen
en achter elkaar opgeslagen.
Informeer regelmatig of permanente
mediaregistratie in de rijmodus is
toegestaan in het land waarin u zich
bevindt.
Parkeermodus
Met het uitschakelen van het contact van het
voertuig gaat de ACE 2.0 automatisch in de
parkeermodus. Het gedeelte vóór en achter
het voertuig kan met behulp van radar- en
G-sensor worden bewaakt.
In de fabrieksinstellingen is de
parkeermodus landspecifiek geactiveerd
of gedeactiveerd.
Informeer regelmatig of bewaking in de
parkeermodus is toegestaan in het land
waarin u zich bevindt.
Als ten minste één van de twee sensoren is
geactiveerd, wordt bij een gedetecteerde
trilling van het voertuig (G-sensor) of
een gedetecteerde beweging van een
van de twee camera's (radarsensor) een
videosequentie van 20 seconden gemaakt.
Als terugmelding knippert de veiligheids-
LED van de voorcamera. Als de G-Sensor
nieuwe voorvallen heeft geregistreerd, is bij
de volgende motorstart de geluidsmelding
"Voorvallen in de parkeermodus opgeslagen"
te horen.
Als ook de nabijheidssensor is
geactiveerd, is de kans groter dat een
beschadiging van het voertuig tijdens
het parkeren volledig kan worden
vastgelegd.
72
Om te voorkomen dat trillingen in de
parkeermodus door het systeem tijdens het
in- en uitstappen of de op- en ontlaadfase
van uw voertuig als relevante voorvallen van
de G-sensor worden aangemerkt, is er in de
fabriek een voor- en nalooptijd van 2 tot 3
minuten tot aan het tijdstip "Ontsteking aan"
geïmplementeerd. G-Sensor-voorvallen die
in deze periodes plaatsvinden, activeren de
melding "Voorvallen in de parkeermodus
opgeslagen" niet. Opslag van de gegevens
op de micro-SD-kaart en weergave in de ACE
2.0-app vinden nog steeds plaats. Tijdens de
nalooptijd kan de ACE 2.0 bovendien via de
ACE 2.0-app worden bediend (bijv. voor het
wijzigen van de instellingen en het bekijken
van opgeslagen videobestanden).
Tijdens de nalooptijd is de radarsensor
niet actief.
In de parkeermodus controleert de ACE 2.0 de
eigen stroombehoefte. Na verbruik van een
vaststaande hoeveelheid stroom wordt het
ingeschakelde radarsysteem gedeactiveerd
en wordt uw auto enkel nog via de G-sensor
bewaakt. Ook de bewaking met de G-sensor
wordt uitgezet na verbruik van een volgende
vaststaande hoeveelheid stroom en derhalve
wordt de ACE 2.0 uitgeschakeld. Daarmee
wordt voorkomen dat de accu van het voertuig
leegraakt en blijft het voertuig gereed voor
gebruik.
Het energieverbruik en derhalve de mogelijke
bewakingsduur hangt af van de activiteit van
de ACE 2.0 in de parkeermodus en van de staat
van uw accu.
Let hierbij op de staat van de accu en de
onderhoudsinstructies in de handleiding
van uw auto.